Download Print deze pagina

Ford C-MAX 2015 Instructieboekje pagina 277

Advertenties

Niet alle sneeuwkettingen van de S-klasse
voldoen aan deze beperkingen. Kettingen
van dit beperkte formaat omvatten een
spaninrichting. De sneeuwkettingen
moeten per twee worden geplaatst, alleen
op de voorwielen. Als u kettingen moet
gebruiken, is het raadzaam dat u stalen
wielen (van hetzelfde formaat en dezelfde
specificaties) gebruikt, aangezien kettingen
aluminium wielen kunnen beschadigen.
Auto's met stabiliteitsregeling
Wanneer de stabiliteitsregeling
ingeschakeld is, kan de auto enkele
ongebruikelijke rijeigenschappen vertonen.
Om deze te reduceren, schakelt u de
aandrijfregeling (traction control) uit. Zie
Gebruik maken van stabiliteitsregeling
(bladzijde 152).
BANDENSPANNINGCON-
TROLESYSTEEM
WAARSCHUWING
Het controlesysteem lage
bandenspanning vormt geen
vervanging voor de manuele controle
van de bandenspanning. U moet de
bandenspanning regelmatig controleren
met een bandenspanningsmeter. Als de
juiste bandenspanningen niet worden
aangehouden, kan het risico op een
klapband, verlies van controle, kantelen
van het voertuig en verwondingen
toenemen.
U moet de bandenspanning tweewekelijks
controleren (inclusief het reservewiel
indien van toepassing) wanneer de banden
koud zijn.
C-MAX (CEU) Vehicles Built From: 16-03-2015 Vehicles Built Up To: 19-07-2015, CG3642nlNLD nlNLD, Edition date: 02/2015, First Printing
Velgen en banden
U moet de banden oppompen tot de juiste
bandenspanning.
Zie Velgen en banden (bladzijde 269). De
bandenspanning staat ook op het label
voor oppompen van de banden (aan de
rand van het bestuurdersportier of de
B-stijl).
Om de bestuurder te helpen is uw auto
uitgerust met een controlesysteem lage
bandenspanning. Er gaat een
waarschuwingslamp branden wanneer één
of meer banden veel te weinig zijn
opgepompt. Als de waarschuwingslamp
voor lage bandenspanning brandt, moet u
de auto zo snel mogelijk stoppen wanneer
dit veilig is, de banden controleren en ze
oppompen tot de juiste bandenspanning.
Rijden op onvoldoende opgepompte
banden kan:
Het systeem is geen vervanging voor
correct onderhoud van de banden.
U moet de juiste bandenspanning
aanhouden, zelfs als de
waarschuwingslamp niet brandt bij te
weinig opgepompte banden.
Het controlesysteem lage bandenspanning
heeft een indicatielamp voor
systeemstoringen, die u waarschuwt
wanneer het systeem niet goed werkt. De
storingsindicatie en de
waarschuwingslamp voor de
bandenspanning zijn gecombineerd.
Wanneer het systeem een storing
detecteert, zal de waarschuwingslamp
275
ervoor zorgen dat ze oververhit raken.
leiden tot een klapband.
leiden tot een hoger brandstofverbruik.
de levensduur van de banden
beperken.
het gedrag of de stopprestaties van de
auto beïnvloeden.

Advertenties

loading