Systeemwaarschuwingslampen
Waarschuwings-
lamp
Waarschuwings-
lamp blijft branden
Waarschuwings-
lamp blijft eerst
branden, gevolgd
door knipperende
waarschuwings-
lamp
Als de waarschuwingslamp brandt:
1.
Controleer dat geen enkele band lek is.
C-MAX (CEU) Vehicles Built From: 16-03-2015 Vehicles Built Up To: 19-07-2015, CG3642nlNLD nlNLD, Edition date: 02/2015, First Printing
Velgen en banden
Omschrijving
Band(en) onvoldoende
opgepompt
Reservewiel in gebruik
Storing van het controle-
systeem lage banden-
spanning
Reservewiel in gebruik
Storing van het controle-
systeem lage banden-
spanning
1.
Zorg dat de banden worden opge-
pompt tot de juiste bandenspanning.
Zie Velgen en banden (bladzijde
269). De bandenspanning staat ook
op het label voor oppompen van de
banden (aan de rand van het
bestuurdersportier of de B-stijl).
2. Nadat de banden zijn opgepompt tot
de juiste spanning, moet de proce-
dure om het controlesysteem lage
bandenspanning te resetten worden
uitgevoerd. Raadpleeg Procedure
om het controlesysteem lage
bandenspanning te resetten in dit
hoofdstuk.
Repareer het beschadigde wiel met band
en plaats het gerepareerde wiel met
band terug op uw auto om de correcte
werking van dit systeem te herstellen.
Als de banden goed zijn opgepompt en
het reservewiel niet wordt gebruikt maar
de lamp blijft branden, heeft het systeem
een storing gedetecteerd die moet
worden gerepareerd.
Repareer het beschadigde wiel met band
en plaats het gerepareerde wiel met
band terug op uw auto om de correcte
werking van dit systeem te herstellen.
Als de banden goed zijn opgepompt en
het reservewiel niet wordt gebruikt maar
de lamp blijft branden, heeft het systeem
een storing gedetecteerd die moet
worden gerepareerd.
2. Als één of meer banden lek zijn,
repareert u ze indien nodig.
3. Controleer de bandenspanning en
pomp alle banden op tot de juiste
bandenspanning.
278
Handeling