K
MAX ontdooien:Druk op de knop om ontdooien in te schakelen. Door de
luchtroosters van de voorruit stroomt buitenlucht, de airconditioning wordt
automatisch ingeschakeld en de ventilator wordt automatisch op de hoogste
snelheid gezet. U kunt deze instelling ook gebruiken om de voorruit te ontdooien
en van een dun laagje ijs te ontdoen. De verwarmde achterruit wordt ook
automatisch ingeschakeld wanneer u maximaal ontdooien selecteert.
Opmerking: Om te voorkomen dat de ruiten beslaan, kunt u luchtrecirculatie
niet selecteren als maximaal ontdooien is ingeschakeld.
L
Power: Druk op de toets om het systeem in of uit te schakelen. Wanneer het
systeem uitgeschakeld is, kan er geen buitenlucht in de auto komen.
N.B.: Wanneer u op een toets voor
ventilatorsnelheid of luchtstroomrichting
drukt, wordt de functie voor automatische
werking uitgeschakeld. Druk op de AUTO
toets om naar de auto modus terug te keren.
N.B.: Wanneer de luchtrecirculatiestand
langdurig wordt ingeschakeld, kunnen de
ruiten beslaan. Wanneer het systeem
detecteert dat de luchtvochtigheid in de
auto hoog is, wordt luchtrecirculatie
automatisch uitgeschakeld. Het systeem
zet luchtrecirculatie niet automatisch
opnieuw aan.
Temperatuurregeling
U kunt de temperatuur instellen tussen
60°F (15,5°C) en 85°F (29,5°C). In de
stand laag schakelt het systeem over naar
permanent koelen. In de stand hoog
schakelt het systeem over naar permanent
verwarmen.
C-MAX (CEU) Vehicles Built From: 16-03-2015 Vehicles Built Up To: 19-07-2015, CG3642nlNLD nlNLD, Edition date: 02/2015, First Printing
Klimaatregeling
N.B.: In de stand laag of hoog regelt het
systeem geen stabiele temperatuur.
Mono modus
In deze modus worden de
temperatuurinstellingen voor de
bestuurderszijde en de passagierszijde
gekoppeld. Wanneer u de instelling met
de draaiknop aan bestuurderszijde
verandert, wordt dezelfde
temperatuurinstelling voor de
passagierszijde door het systeem
doorgevoerd.
Monomodus uitschakelen
Selecteer met de draaiknop aan
passagierszijde een temperatuur voor de
passagierszijde. De monomodus wordt
automatisch uitgeschakeld. De
temperatuur aan de bestuurderszijde blijft
ongewijzigd. U kunt nu de temperatuur
voor de bestuurderszijde en de
passagierszijde onafhankelijk van elkaar
instellen. De temperatuurinstellingen voor
beide zijden worden in het display
weergegeven.
N.B.: Het maximale temperatuurverschil
tussen de bestuurders- en passagierszijde
is 4°C.
102