N.B.: Nadat de motor is afgezet draaien de
ventilatoren wellicht nog een korte periode
door.
Het dieselroetfilter in uw auto moet
periodiek worden geregenereerd om een
correcte werking te behouden. Deze
procedure wordt automatisch uitgevoerd.
Als uw ritten voldoen aan de volgende
voorwaarden:
•
U rijdt alleen korte afstanden.
•
U schakelt het contact regelmatig in
en uit.
•
Tijdens uw ritten wordt veelvuldig
versneld of afgeremd.
U dient af en toe ritten te maken onder de
volgende omstandigheden ter
ondersteuning van de
regeneratieprocedure:
•
Rijd minimaal 20 minuten met de auto
onder gunstige omstandigheden (hoge
snelheden tijdens normaal rijden) op
een hoofdweg of snelweg. Deze rit kan
korte stoppen bevatten die geen
invloed hebben op de
regeneratieprocedure.
•
Voorkom langdurig stationair draaien
en neem altijd snelheidslimieten en het
type wegdek in acht.
•
Schakel het contact niet uit.
•
Selecteer een geschikte versnelling om
het motortoerental idealiter tussen
1.500 en 3.000 omw/min te houden.
C-MAX (CEU) Vehicles Built From: 16-03-2015 Vehicles Built Up To: 19-07-2015, CG3642nlNLD nlNLD, Edition date: 02/2015, First Printing
Motor starten en stoppen
MOTOR UITSCHAKELEN
Auto's met een turbocompressor
WAARSCHUWING
Zet de motor niet af wanneer deze
met een hoog toerental draait. Als
de motor bij een hoog toerental
wordt afgezet, zal de turbocompressor nog
draaien nadat de oliedruk al tot nul is
gedaald. Dit heeft vroegtijdige slijtage van
de compressorlagers tot gevolg.
Laat het gaspedaal los. Wacht tot de
motor stationair draait en zet de motor af.
MOTORBLOKVERWARMING
WAARSCHUWINGEN
Het niet opvolgen van de instructies
bij de motorblokverwarming kan
leiden tot eigendomsschade of
ernstig letsel.
Gebruik de verwarming niet in
combinatie met ongeaarde
elektrische systemen of
tweepunts-adapters. Er bestaat kans op
een elektrische schok.
N.B.: De verwarming is het meest effectief
bij buitentemperaturen van minder dan -18
°C.
De verwarming functioneert als starthulp
door de motorkoelvloeistof te verwarmen.
Op deze manier kan het
klimaatregelingssysteem snel reageren.
De uitrusting bestaat uit een
verwarmingselement (aangebracht in het
motorblok) en een draadbundel. U kunt
het systeem aansluiten op een geaarde
wisselstroombron van 220-240 volt.
133