6. Elektrische aansluiting
GEVAAR
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Als de nationale wetgeving een rest-
stroomonderbreker of equivalent ver-
eist in de elektrische installatie, moet
deze van type B of beter zijn, vanwege
de aard van de constante DC-lek-
stroom. De aardlekschakelaar moet
met de volgende symbolen worden ge-
markeerd:
WAARSCHUWING
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Voer de elektrische aansluiting uit vol-
gens de lokaal geldende voorschriften.
WAARSCHUWING
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Controleer of de voedingsstekker die
bij het product wordt geleverd voldoet
aan de lokale voorschriften.
‐
De veiligheidsaarding van het stopcon-
tact moet worden verbonden met de
veiligheidsaarding van het product. De
voedingsstekker moet daarom gebruik-
maken van hetzelfde PE-aansluitsys-
teem als het stopcontact. Als dat niet
het geval is, gebruikt u een geschikte
adapter in overeenstemming met de
plaatselijke voorschriften.
WAARSCHUWING
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Een stroomonderbreker conform EN
60204-1 5.3.2 moet worden geleverd
met een middel dat vergrendeling in de
OFF-stand (geïsoleerd) mogelijk
maakt. Dit apparaat moet tevens wor-
den geïnstalleerd in een positie die in
overeenstemming is met EN 60204-1,
5.3.4.
WAARSCHUWING
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Voedingskabels zonder stekker moe-
ten worden aangesloten op een
stroomonderbreker die is opgenomen
in de vaste bedrading in overeenstem-
ming met de plaatselijke voorschriften.
Controleer of de voedingsspanning en -frequentie
overeenkomen met de waarden die op het typeplaatje
vermeld staan.
6.1 Kabelvereisten
WAARSCHUWING
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Houd u aan de lokale voorschriften met
betrekking tot de dwarsdoorsneden
van kabels.
Zie paragraaf Kabelvereisten voor meer informatie
over kabeldoorsneden en adertypen.
Gerelateerde informatie
13.4 Kabelvereisten
6.1.1 Motorbeveiliging
De pomp heeft geen externe motorbeveiliging nodig.
De motor beschikt over thermische beveiliging tegen
trage overbelasting en blokkering, TP 211 volgens
IEC 34-11.
6.1.2 Overspanningsbeveiliging
De pomp is beveiligd tegen netspanningspieken via
ingebouwde varistoren tussen de fasen en tussen
fasen en aarde.
267