Inhoudsopgave
Advertenties
6 Installatie
Afb.19 Aansluiten condensatie-afvoerleiding
Afb.20 Automatische ontluchter
6.4
Gasaansluiting
Afb.21 Aansluiten gasleiding
26
1. Monteer een kunststof afvoerpijp Ø 32 mm of groter, uitkomend op
2. Steek hierin de slangen van de afvoer van de sifon
3. Monteer een stankafsluiter of sifon in de afvoerpijp.
2
2
1
AD-0000269-01
6.3.9 Automatische ontluchter
1. Controleer of de automatische ontluchter open staat: deze is zicht
AD-0000175-01
1. Monteer de gasaanvoerleiding op de gasaansluiting
2. Monteer in deze leiding direct onder de ketel een gaskraan. Houd
3. Monteer de gasleiding op de gaskraan.
AD-0000163-01
Zie
Voor het monteren en vullen van de sifon: Vullen van de sifon, pa
gina 37
het riool.
drukventiel .
Gevaar
De sifon moet altijd voldoende gevuld zijn met water. Dit voorkomt
dat er rookgassen in het vertrek komen.
Opgelet
Dicht de condensafvoer nooit af.
Afschot afvoerpijp minimaal 30 mm per meter, maximale hori
zontale lengte 5 meter.
Het lozen van condenswater op een dakgoot is niet toegestaan.
baar rechts bovenop de ketel.
Indien nodig kan de ontluchter afgesloten worden met de dop die
zich naast de ontluchter bevindt.
Waarschuwing
Sluit de hoofdgaskraan voor de start van de werkzaamheden
aan de gasleidingen.
Controleer voor montage of de gasmeter voldoende capaciteit
heeft. Houd daarbij rekening met het verbruik van alle appara
ten.
Waarschuw het plaatselijke energiebedrijf als de gasmeter te
weinig capaciteit heeft.
hierbij rekening met het plaatsen en verwijderen van de sifon. Houd
minimaal 25 cm afstand van de ketel.
Toelichting
De gasinstallatie en -aansluiting van de ketel moeten uitgevoerd
worden door een hiertoe bevoegde vakman overeenkomstig de
aanwijzingen van de normen NBN D 51.003, NBN D 30.003, NBN
B 61.001, NBN B 61.002 en NBN D 51.006. Er moet zich een
stopkraan met KVBG-goedkeuring bevinden in de leiding stroom
opwaarts en in nabijheid van de ketel.
en het over
.
7601055 - v.10 - 30052016
Advertenties
Inhoudsopgave
