• Druk tijdens de stand-bymodus hierop om de stand-bymodus te verlaten.
• Houd dit ingedrukt om het [UTILITY]-scherm weer te geven (pagina 78).
AUTO/TAP-knop
7.
Selecteert de BPM-meetmethode (AUTO/TAP). De geselecteerde methode wordt op het
scherm weergegeven.
— AUTO: De BPM van het ingangsgeluid wordt automatisch gemeten (meetbereik:
70 tot 180).
— TAP: De BPM handmatig instellen (pagina 52).
• Wanneer u het toestel aanzet, wordt automatisch AUTO ingesteld.
FX FREQUENCY (LOW, MID, HI)-knoppen
8.
Selecteert het bereik ([LOW]/[MID]/[HI]) waarop Beat FX wordt toegepast. De
geselecteerde knop brandt.
BEAT FX-keuzeschakelaar
9.
Selecteert een Beat FX.
10. CH SELECT-knop
Selecteert het kanaal waarop een Beat FX wordt toegepast. De geselecteerde knop
brandt.
11. TIME-knop (pagina 53)
12. LEVEL/DEPTH-knop (pagina 53)
• Als u helemaal linksom draait, wordt het oorspronkelijke geluid uitgevoerd.
13. ON/OFF-knop
Schakelt Beat FX in en uit. De knop knippert wanneer deze functie ingeschakeld is.
49
Beat FX