3.3 Gecombineerde bedieningsmodus motor en apexlocator
Wanneer een vijl in het kanaal is gestoken en de lipklem contact maakt met de lip
van de patiënt, schakelt het apparaat automatisch over naar de gecombineerde
modus motor en apexlocator.
3.4 Displayinterface
14
Stand-by-interfaces
Wanneer de motor niet draait, wordt op het
display de huidige instelling van de motor
weergegeven.
a. Gebruikersprogramma (M0-M9) of
door COLTENE vooraf ingesteld programma
(zie paragraaf 4.2)
b. Batterijniveau
c. Ingestelde snelheid (toeren per minuut)
d. Ingesteld maximaal koppel (N.cm)
e. Motorbedieningsmodus
f. Ingestelde voorwaartse hoek (°)
g. Ingestelde achterwaartse hoek (°)
Motorbedieningsinterface
Wanneer de motor draait, wordt op het display
de torsiebelasting van de vijl weergegeven.
a. Ingestelde snelheid (toeren per minuut)
b. Ingesteld maximaal koppel (N.cm)
c. Werkelijk koppel (N.cm)
d. Koppelweergaveschaal (N.cm)