Gebruik van het Avaya-menu
Vergrendelen van de telefoon
Telefoonvergrendeling
Door uw telefoon te vergrendelen, wordt ongeautoriseerd gebruik tijdens uw afwezigheid
voorkomen. Voor het ontgrendelen van uw telefoon, wordt een Persoonlijk Identificatienummer
(PIN) vereist.
De volgende functies zijn nog beschikbaar als de telefoon vergrendeld staat:
• Beantwoorden van oproepen,
• Kiezen van interne nummers,
• Kiezen van noodnummers,
• Activeren en deactiveren van telefoondoorschakeling.
PIN wijzigen
Voor het ontgrendelen van uw telefoon heeft u een PIN nodig. Voordat u uw telefoon de eerste
keer vergrendeld, moet u de standaardinstelling van de PIN wijzigen. Uw PIN moet uit zes
cijfers bestaan. Het eerste cijfer mag geen 0 of 1 zijn en het nummer mag niet gelijk zijn aan
uw telefoonnummer. Als u uw PIN wijzigt kunt u deze later op elk moment nogmaals wijzigen.
Neem contact op met uw systeembeheerder als u uw PIN vergeten bent.
Als in het systeem centrale vergrendeling wordt gebruikt, is de standaard-PIN "00000" (bij vijf
cijfers) of "000000" (bij zes cijfers). Neem contact op met uw systeembeheerder voor meer
informatie.
1. Druk op de Avaya-menu toets.
2. Selecteer Vergrendelen.
3. Druk op de OK knop.
4. Selecteer PIN wijzigen.
5. Druk op de OK knop.
6. Selecteer Oude PIN en voer de huidige PIN in.
7. Selecteer Nieuwe PIN en voer de nieuwe PIN in.
8. Druk op de Opslaan softkey.
98
1408/1416 Gebruikersgids
Januari 2010