ANDERE INSTELLINGEN
BELANGRIJK!
• Het snapshot beeld of het filmpje dat u als het
beginschermbeeld selecteert, wordt opgeslagen in
een speciale geheugenplaats die het
"beginschermbeeldgeheugen" heet. Er kan per keer
slechts één beeld opgeslagen zijn in het
beginschermbeeldgeheugen. Als een nieuw
beginschermbeeld wordt geselecteerd, zal dat
nieuwe beeld het eerdere beeld uit het
beginschermbeeldgeheugen verdringen. Daarom
dient u een gescheiden kopie van het beeld in het
standaard beeldopslaggeheugen van de camera te
hebben opgeslagen als u naar een eerder
beginschermbeeld wilt teruggaan. Merk op dat het
niet mogelijk is een beeld uit het
beginschermbeeldgeheugen kunt wissen. U kunt het
enkel vervangen door een ander (nieuw) beeld.
Gebruiken van het alarm
U kunt maximaal drie alarmtijden configureren die de
camera een pieptoon laat geven en een gespecificeerd
beeld laat zien op het tijdstip dat u specificeerde.
Instellen van een alarm
1.
Druk tijdens de weergavefunctie (PLAY) op
[MENU].
2.
Selecteer de "PLAY" (weergave) tab en
selecteer "Alarm" en druk vervolgens op [ ].
3.
Selecteer m.b.v. [ ] en [ ] het alarm waarvan
u de instelling wilt configureren en druk
daarna op [ ].
4.
Selecteer m.b.v. [ ] en [ ] de instelling die u
wilt veranderen en verander de geselecteerde
instelling m.b.v. [ ] en [ ].
• U kunt een alarmtijd instellen en het alarm
configureren om af te gaan ofwel eens ofwel op
hetzelfde tijdstip elke dag. U kunt het alarm ook in-
en uitschakelen.
110