Hoofdstuk4: Instellingen SPX-5 Tiller-systeem
Seatrial Calibration Lock
Via dit scherm wordt de toegang tot Seatrial-kalibratie beheerd.
Opties
CAL LOCK OFF
CAL LOCK ON
Vessel Type
Door het juiste vaartuigtype te selecteren, kan het SPX-5 Tiller-systeem geschikte
waarden instellen voor kalibratie-instellingen voor optimale prestaties. Zie de tabel op
pagina 61 voor standaardwaarden.
De juiste instelling voor het SPX-5 Tiller-systeem is SAIL BOAT. Dit moet worden
ingesteld bij inbedrijfstelling van het SPX-5 Tiller-systeem.
Drive Type
De Drive Type-instelling bepaalt hoe het SPX-5 Tiller-systeem het stuursysteem
aandrijft.
De juiste instelling voor het SPX-5 Tiller-systeem is 3.Dit moet worden ingesteld bij
inbedrijfstelling van het SPX-5 Tiller-systeem.
Rudder Alignment
Het scherm Rudder Alignment wordt alleen weergegeven wanneer de optionele
roerstand-terugmelder is geïnstalleerd.
Wanneer dit het geval is, kunt u via dit scherm de weergave van de roerbalk
kalibreren. Dit moet worden ingesteld bij inbedrijfstelling van het SPX-5 Tiller-
systeem (zie pagina 36).
Schermtekst
ALIGN RUD
Rudder Limit
Dit scherm wordt niet weergegeven wanneer de optionele roerstand-terugmelder niet
is geïnstalleerd.
Wanneer dit wel het geval is, kunt u via het scherm Rudder Limit de limieten van de
roerbesturing instellen binnen de mechanische eindstoppen om zo te voorkomen dat
het stuursysteem onnodig wordt belast. U moet deze instelling aanpassen bij
inbedrijfstelling van het SPX-5 Tiller-systeem (zie pagina 37).
Schermtekst
RUD LIMIT
Calibration Lock uitgeschakeld – Seatrial-kalibratie is toegankelijk
(standaard)
Calibration Lock ingeschakeld – Seatrial-kalibratie is niet
toegankelijk
Bereik
-9° t/m +9° in stappen van 1°
Bereik
10° t/m 40° in stappen van 1°
55