REMSYSTEEM
V-REMMEN
V-remmen bestaan uit links en rechts van
de velg apart van elkaar aangebrachte
remarmen. Als de remgreep wordt inge-
knepen, dan worden de armen via een
kabelgeleidingsbuis samengetrokken, waar-
door de voeringen tegen de velgen wrijven.
GEVAAR!
Controleer of de voeringen
met hun gehele oppervlak de
velgrand aanraken. De rem zou
anders kunnen weigeren of de
fiets zou kunnen blokkeren, met
een ongeval als gevolg. Contro-
leer ook of de remvoering niet de
banden aanraakt. De wrijving
die hierbij optreedt, kan de ban-
den beschadigen. Als de rem-
voeringen niet met hun gehele
oppervlak de velgrand aanraken,
brengt u een bezoek aan uw
dealer, zodat hij de remvoeringen
correct kan bijstellen.
42
Werkingscontrole:
• Controleer of de remblokjes precies op de
velg zijn uitgelijnd en voldoende voerings-
kracht hebben. Dit is herkenbaar aan de
dwarsribbels in de remvoering. Als deze
zijn afgesleten, dat is het tijd om ze te
vervangen.
• De remblokjes moeten eerst met het voor-
ste deel van de voering de velg aanraken.
Het achterste deel van de voeringen moet
dan een afstand van een millimeter tot de
velg hebben. Deze V-vormige instelling
voorkomt dat de remblokjes gaan piepen.
• Beide remblokjes moeten tegelijkertijd
(synchroon) de velg raken, als de remgreep
wordt ingeknepen.
• De remgreep moet enige speling heb-
ben, zodat hij zelfs als hij volledig wordt
ingeknepen niet tegen het stuur aan komt.
rijrichting