HOOFDSTUK 1 - VEILIGHEIDSMAATREGELEN
• Bedien deze machine niet voordat de gehele training is
voltooid door bevoegde personen.
• Alleen bevoegde en erkende personen mogen de
machine bedienen.
• Lees alle waarschuwingsberichten (GEVAAR, WAAR-
SCHUWING en LET OP) en bedieningsinstructies op de
machine en in deze handleiding, zorg dat u ze begrijpt en
houd u eraan.
• Gebruik de machine op een wijze die overeenkomt met de
door JLG bedoelde toepassing.
• Alle gebruikers moeten vertrouwd zijn met de noodscha-
kelaars van de machine en de bediening in noodgevallen
zoals die in deze handleiding zijn aangegeven.
• Zorg dat u alle van toepassing zijnde regels van uw werk-
gever en de plaatselijke en overheidsvoorschriften die
betrekking hebben op de bediening van de machine kent,
begrijpt en opvolgt.
Inspectie van het werkterrein
• De machinist dient veiligheidsmaatregelen te nemen om
alle gevaren op het werkterrein te vermijden alvorens de
machine te bedienen.
1-2
• Bedien of hef het platform niet vanaf vrachtwagens, aan-
hangers, treinwagons, vaartuigen, steigers of soortgelijke
plaatsen tenzij dit schriftelijk is goedgekeurd door JLG.
• Bedien de machine niet in een gevaarlijke omgeving, ten-
zij de machine voor dat doel is goedgekeurd door JLG.
• Overtuig u ervan dat de ondergrond de maximale belas-
ting kan dragen die op de stickers op de machine is aan-
gegeven.
• Deze machine kan gebruikt worden bij temperaturen van
-20 tot 40 °C (0 tot 104 °F). Raadpleeg JLG voor gebruik
buiten dit temperatuurbereik.
Inspectie van de machine
• Voer inspecties en functiecontroles uit voordat u de
machine bedient. Zie hoofdstuk 2 van deze handleiding
voor gedetailleerde instructies.
• Bedien deze machine niet voordat service en onderhoud
zijn uitgevoerd in overeenstemming met de in de service-
en onderhoudshandleiding aangegeven vereisten.
• Controleer of de voetschakelaar en alle andere veilig-
heidsinrichtingen goed werken. Wijziging van deze inrich-
tingen is een overtreding van de veiligheidsregels.
– JLG Hoogwerker –
3122535