Stappenmotor-membraandoseerpomp MEMDOS SMART LK / LP
2.2 Gevaren door het niet opvolgen van de
veiligheidsvoorschriften
De niet-nakoming van de veiligheidsaanwijzingen kan zowel een gevaar
voor personen, als voor het milieu en de pomp/installatie betekenen.
Per geval kan dit concreet betekenen:
Verlies van belangrijke functies van de doseerpomp en installatie,
n
Defecten van voorgeschreven methodes voor het onderhoud en
n
reparaties,
Gevaar voor personen door gevaarlijke vloeistoffen,
n
Gevaar voor het milieu door lekkage van gevaarlijke stoffen.
n
2.3 Veilig werken
Naast de in deze gebruikshandleiding aangegeven aanwijzingen voor de
veiligheid gelden er nog andere veiligheids-bepalingen waarop gelet
dient te worden:
Voorschriften voor het voorkomen van ongevallen,
n
Veiligheids- en bedrijfsregels,
n
Veiligheidsregels over omgang met gevaarlijke stoffen (in het
n
bijzonder de veiligheidsbladen van de te doseren vloeistoffen),
Milieubepalingen,
n
Geldende normen en regels.
n
2.4 Persoonlijke beveiligingsuitrusting
Afhankelijk van de mate van gevaar van de vloeistof en de soort van de uit
te voeren werkzaamheden moet overeenkomstige beschermende
uitrusting gedragen worden. Informatie over welke bescherming
benodigd is, wordt in de voorschriften ter voorkoming van ongevallen
aangegeven en in de veiligheidsbladen van de betreffende vloeistoffen.
De volgende beveiligingsuitrusting is benodigd:
Benodigde beveiligingsuitrusting
Veiligheidsbril
Beschermende kleding
Beschermende handschoenen
Tab. 3: Benodigde beveiligingsuitrusting
Draag beveiligingsuitrusting bij de volgende gebeurtenissen:
Inbedrijfstelling,
n
Werkzaamheden aan de doseerpomp tijdens gebruik,
n
Buiten bedrijfstelling,
n
Onderhoudswerkzaamheden,
n
Verwijdering.
n
Veiligheid
6
Personele kwalificaties
2.5 Personele kwalificaties
Alle werkzaamheden aan of met de doseerpomp vereisen vooraf
specifieke kennis en vaardigheden van het personeel.
Ieder die met de doseerpomp werkt, moet aan de volgende voorwaarden
voldoen:
Deelname aan vakgerichte trainingen welke door de exploitant
n
worden aangeboden,
Persoonlijk geschikt zijn voor de respectievelijke activiteiten,
n
Toereikend gekwalificeerd zijn voor de te verrichten activiteiten,
n
Volledig op de hoogte zijn van de behandeling van de doseerpomp,
n
Vertrouwd zijn met de veiligheidsmaatregelen en de functionaliteit,
n
Bekendheid met dit bedieningsvoorschrift, speciaal met de veilig-
n
heids-aanwijzingen en met de hoofdstukken die voor de activiteit
relevant zijn,
Vertrouwd zijn met de hieraan ten grondslag liggende voorschriften
n
voor arbeidsveiligheid en het voorkomen van ongevallen.
In principe moeten alle personen één van de volgende minimale
kwalificaties bezitten:
Geschoolde vakkracht die zelfstandige werkzaamheden aan de
n
doseerpomp kan doorvoeren,
Toereikende instructies om onder toezicht en begeleiding van een
n
geschoolde vakkracht werkzaamheden aan de doseerpomp uit te
voeren.
In deze gebruikershandleiding worden de volgende gebruikersgroepen
verdeeld:
2.5.1 Vakpersoneel
Vakpersoneel is op grond van geschoolde vakopleiding, kennis en
ervaring evenals kennis over de relevante bepalingen in staat om de
opgedragen werkzaamheden uit te voeren en de mogelijke gevaren
zelfstandig te herkennen en te vermeiden.
2.5.2 Geïnstrueerde personen
De geïnstrueerde personen worden onder toezicht gesteld door de
exploitant die deze taken overdraagt en mogelijke gevaren bij onvakkun-
dig handelen verduidelijkt.
De hierna volgende tabel kan gebruikt worden om aan te geven welk
personeel toewijzing krijgt voor de desbetreffende activiteiten. Alleen
personen die over de geschikte kwalificaties beschikken, mogen deze
activiteiten uitvoeren!
Kwalificatie
Vakpersoneel
Geïnstrueerde
personen
Tab. 4: Personele kwalificaties
BA-10120-05-V04
Bedieningsvoorschrift
Activiteiten
Monteren
n
Vloeistofzijdig installeren
n
Elektrisch installeren
n
Onderhoud plegen
n
Repareren
n
In bedrijf nemen
n
Buiten bedrijf stellen
n
Verwijdering
n
Storingen oplossen
n
In opslag nemen
n
Transporteren
n
Bedienen
n
Storingen oplossen
n
© Lutz-Jesco GmbH 2020