Knoppen en menu's van het bedieningspaneel van de printer gebruiken
Optie
7
Selecteren
OK
Optie
8
Opnieuw kiezen
9
Pauze
10
Kiestoon
11
Adresboek
12
Kleur
13
Zwart-wit
14
Starten
15
Annuleren
Functie
•
Menuopties selecteren.
•
Instellingen opslaan.
Functie
Het laatstgekozen nummer weergeven. Druk op de pijl omhoog of omlaag om de vijf laatstgekozen
nummer weer te geven.
Een onderbreking van drie seconden invoegen in het faxnummer dat u wilt kiezen om te wachten
op een buitenlijn of om verbinding te maken met een geautomatiseerd antwoordsysteem. Voeg
alleen een onderbreking toe als u al bent begonnen met het invoeren van het nummer.
Hiermee moet u het telefoonnummer handmatig invoeren met het toetsenblok voor u de fax kunt
verzenden.
Hiermee hebt u toegang tot faxnummers in een lijst met opgeslagen nummers.
Overschakelen naar de kleurenmodus.
Overschakelen naar de zwart-witmodus.
Een taak starten afhankelijk van de geselecteerde modus.
•
Een afdruk-, kopieer-, scan- of faxtaak annuleren.
•
Huidige instellingen of foutmeldingen wissen en de vorige instellingen herstellen.
17