BIJZONDERE VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN
Hypothermie
Hypothermie of onderkoeling, het ver-
lies van lichaamswarmte via het wa-
ter, is een belangrijke doodsoorzaak
bij vaarongevallen. Een persoon die
onderkoeld raakt zal het bewustzijn
verliezen en verdrinken.
Reddingsvesten kunnen de overle-
vingsduur verlengen dankzij hun isole-
rend vermogen.
Natuurlijk is er minder nood aan iso-
latie naarmate het water warmer is.
Wanneer u in koud water vaart (onder
4,4°C (40°F)) moet u overwegen om
een reddingsjack te dragen in plaats
van een reddingsvest, omdat dit een
groter deel van het lichaam bedekt.
Wat u dient te weten over bescher-
ming tegen hypothermie:
– Wanneer u in het water drijft pro-
beert u beter niet te zwemmen,
tenzij om een boot in uw buurt,
een andere overlevende of een drij-
vend voorwerp te bereiken waar
u zich aan kunt vasthouden of op
kunt klimmen. Onnodig zwemmen
versnelt het verlies aan lichaams-
warmte. In koud water zijn overle-
vingsmethodes waarbij u uw hoofd
in het water moet leggen af te ra-
den. Houd uw hoofd uit het water.
Zo verliest u veel minder lichaams-
warmte en verhoogt u uw overle-
vingsduur.
– Blijf optimistisch over uw overle-
vings- en reddingskansen. Zo ver-
groot u uw kans om langer te over-
leven en gered te worden. Uw wil
om te overleven maakt wel degelijk
het verschil!
– Als er verschillende personen in het
water liggen, is het aan te raden zo
dicht mogelijk bij elkaar te kruipen
tot er hulp komt. Zo beperkt u het
verlies aan lichaamswarmte en ver-
hoogt u uw overlevingsduur.
– Draag altijd uw reddingsvest. Het
zal u niet beschermen tegen hypo-
thermie als u het niet draagt wan-
neer u in het water belandt.
_______
16
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Cursussen veilig varen
In veel landen wordt een cursus veilig
varen aanbevolen of vereist. Vraag dit
na bij uw plaatselijke instanties.
Raadpleeg de lokale en nationale vaar-
wetgeving die geldt voor de waterwe-
gen waar u uw waterscooter wilt ge-
bruiken. Leer het plaatselijke vaarre-
glement. Zorg ervoor dat u het toepas-
selijke navigatiesysteem (bijv. boeien
en signalen) kent en begrijpt.
_______