OPC-opname
Als u een cassette voor het eerst inbrengt en erop begint op te nemen, pas de
videorecorder zich aan de casssette aan met de OPC-functie (OPC-indicator knippert
snel). Deze instelling blijft behouden tot de cassette wordt uitgeworpen.
OPC uitschakelen
Druk op MENU, kies OPTIES, vervolgens VIDEO-OPTIES en zet OPC op UIT. De
OPC-indicator in het uitleesvenster doof.
Opmerkingen
• U kunt de spoorvolging van een NTSC-cassette regelen, ook al verschijnt de
spoorvolgingsmeter niet.
• Als de Auto Long Play-functie AAN staat, werkt de OPC-functie alleen in de SP-stand. Als
de band automatisch van SP naar LP overschakelt, wordt de OPC-functie uit gezet. Als het
hele programma echter is opgenomen in LP-stand, werkt de OPC-functie.
• Het duurt enige seconden alvorens de opname start omdat de videorecorder eerst de band
analyseert. Om deze vertraging te vermijden, zet u de videorecorder eerst in de opname-
pauzestand (de OPC-indicator knippert traag) en drukt u op z REC om de band door de
videorecorder te laten analyseren (de OPC-indicator knippert snel) en zal daarna weer op
record pauze gaan staan. Wanneer de OPC-indicator stopt met knipperen, drukt u op X
PAUSE om de opname onmiddellijk te starten. Als u snel wilt beginnen opnemen zonder de
OPC-functie te gebruiken, zet u de videorecorder eerst in de opnamewachtstand (de OPC-
indicator knippert traag) en drukt u vervolgens op X PAUSE om de opname te starten.
75
Het beeld regelen