Inhoudsopgave
Advertenties
WAARSCHUWING
Gebruik de Agilia ProNeo-pomp niet naast of gestapeld op of onder
andere apparatuur; dit kan leiden tot een onjuiste werking. Als het
noodzakelijk is de pomp naast, op of onder andere apparatuur te
gebruiken, moeten dit apparaat en de andere apparatuur worden
geobserveerd om te controleren of ze normaal functioneren.
Het gebruik van andere accessoires, transducers en kabels dan die
zijn gespecificeerd of geleverd door de fabrikant van de Agilia
ProNeo-pomp kan leiden tot verhoogde elektromagnetische
emissies of een afname van de elektromagnetische immuniteit van
deze apparatuur, wat weer kan leiden tot een onjuiste werking.
Draagbare RF-communicatieapparatuur (inclusief randapparatuur
zoals antennekabels en interne en externe antennes) mag niet
dichter dan 10 cm (voor mobiele telefoons) of 30 cm (voor andere
apparatuur) bij de onderdelen van de Agilia ProNeo-pomp, inclusief
de door de fabrikant gespecificeerde kabels, worden gebruikt. Als dit
wel wordt gedaan, kunnen de essentiële prestaties van de Agilia
ProNeo-pomp afnemen.
Elektrochirurgische apparatuur (waaronder het basisstation, de kabels
en de elektroden) mag niet dichter dan 30 cm van de onderdelen van
de Agilia ProNeo-pomp, inclusief de door de fabrikant gespecificeerde
kabels, worden gebruikt. Als dit wel wordt gedaan, kunnen de
essentiële prestaties van de Agilia ProNeo-pomp afnemen.
Het kan nodig zijn beperkende maatregelen te nemen, zoals de
apparatuur draaien of verplaatsen.
Als de Agilia ProNeo-pomp in de buurt van RF-communicatieapparatuur
wordt geplaatst, zoals mobiele telefoons, DECT-telefoons of draadloze
toegangspunten, RFID-lezer en labels,... Het is essentieel dat een
minimale afstand tussen de Agilia ProNeo-pomp en de bovengenoemde
apparatuur in acht wordt genomen. Als de Agilia ProNeo-pomp
schadelijke interferentie veroorzaakt of als het systeem zelf wordt
gestoord, kan de gebruiker proberen de interferentie te verhelpen door
een van de volgende maatregelen:
-
De Agilia ProNeo-pomp, de patiënt of de apparatuur die de
storing veroorzaakt draaien of verplaatsen.
-
De kabels verleggen.
-
De netstekker van de Agilia ProNeo-pomp aansluiten op een
beveiligde/ondersteunde/gefilterde voedingsbron of rechtstreeks
op het UPS-circuit (ononderbreekbare voedingsbron).
-
De afstand vergroten tussen de Agilia ProNeo-pomp en de
apparatuur die de storing veroorzaakt.
-
De Agilia ProNeo-pomp aansluiten op een stopcontact van een
andere groep dan die waarop de patiënt of de apparatuur die de
storing veroorzaakt, is aangesloten.
-
De gebruiker moet, ongeacht de context, de
interoperabiliteitstest uitvoeren in een praktijksituatie om de
juiste opstelling en locatie te vinden.
96
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
