7.8 Communicatie, regeling en bewaking
De MAGNA1 maakt externe regeling en bewaking via de ingang
Start/Stop (zie paragraaf
7.8.1 Digitale ingang (start/stop)
ringsrelaisuitgang (zie paragraaf
mogelijk op zowel enkelpompen als dubbelpompen. Daarnaast
kunt u met de functie voor draadloze communicatie in dubbel-
pompen de pomp bedienen zonder externe regelaar (zie para-
graaf
7.8.3
Dubbelpompfunctie).
7.8.1 Digitale ingang (start/stop)
Als u de digitale ingang wilt gebruiken, verbindt u de draden met
klemmen start/stop (S/S) en massa ( ).
Als geen externe aan/uit-schakelaar is aangesloten,
handhaaft u de doorverbinding tussen klemmen
start-stop (S/S) en massa ( ). Deze aansluiting is de
fabrieksinstelling.
Contactsymbool
S/S
Start/Stop
H
S/S
H
S/S
Digitale ingang op dubbelpompen
De ingang start/stop werkt op systeemniveau. Dit betekent dat als
de hoofdpomp een stopsignaal ontvangt, het systeem wordt uit-
geschakeld.
Als hoofdregel geldt dat de digitale ingang alleen effectief is op de
hoofdpomp. Daarom is het belangrijk om te weten welke pomp is
aangewezen als hoofdpomp, zie afb. 27.
XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX
P/N:
XXXXXXXX
IP XXX
S/N:
XXXXXXXX
PC:
XXXX
Model:
X
Made in Germany
Grundfos Holding A/S, DK - 8850 Bjerringbro, Denmark
Afb. 27 De hoofdpomp identificeren aan de hand van het type-
plaatje
Om redundantieredenen kan de digitale ingang tegelijkertijd voor
de secundaire pompkop worden gebruikt. Zolang de hoofdpomp
van stroom wordt voorzien, wordt in invoer op de secundaire
pomp echter genegeerd. Bij een stroomstoring op de hoofdpomp,
neemt de digitale ingang van de secundaire pomp het over. Als
de hoofdpompkop weer actief is, neemt de hoofdpomp het over
en regelt de secundaire pomp.
en sto-
7.8.2
Storingsrelaisuitgang)
Functie
Start/Stop
Verbinding met de massa
Kabelmantel
Normaal bedrijf
Q
Stop
Q
TF XXX
I
[A]
P
[W]
MPa
1
1
XXXX
XXXX
7.8.2 Storingsrelaisuitgang
Het is mogelijk de relaisuitgang te gebruiken als onderdeel van
een regelstrategie of voor bewakingsdoeleinden. Als er bijvoor-
beeld een storing optreedt in de pomp, stuur het storingsrelais
een signaal naar de regelaar, die vervolgens verdere gebeurte-
nissen activeert afhankelijk van de door u gekozen strategie. Als
u de storingsrelaisuitgang wilt gebruiken, volgt u de instructies in
afb. 28.
Het relais kan worden gebruikt voor uitgangen van maximaal 250
V en 2 A.
Fabrieksinstellingen van het relais:
Contactsymbool
NC
C
De functies van het storingsrelais worden in de volgende tabel
weergegeven:
Storingsrelais Alarmsignaal
Niet geactiveerd:
• De voedingsspanning is uitgeschakeld.
1
2
• De pomp heeft geen storing waargenomen.
NC
C
Geactiveerd:
• De pomp heeft een storing waargenomen of
1
2
er heeft zich een draadbreuk voorgedaan.
NC
C
Afb. 28 Tabel voor storingsrelaisuitgang
Storingsrelaisuitgang bij dubbelpompen
De storingsrelaisuitgang op elke pompkop werkt zelfstandig. Dit
betekent dat, als een fout optreedt in een van de pompen, het
desbetreffende relais wordt geactiveerd.
7.8.3 Dubbelpompfunctie
De dubbelpompfunctie is beschikbaar op alle dubbelpompen.
Hierdoor kunt u dubbelpompen gebruiken zonder externe rege-
laar, aangezien de twee pompkoppen met elkaar communiceren
via een draadloze verbinding.
Bedrijfsmodus
De pompen werken in wisselstand. Dit betekent dat telkens
slechts één pomp actief is. De twee pompen schakelen elke 24
uur over van de ene pomp naar de andere met een tolerantie van
± 0.5 % per dag.
Zie paragraaf
7.8.1 Digitale ingang (start/stop)
pompen wilt regelen via de digitale ingang start/stop.
Als u de dubbelpompen wilt bewaken via de storingsrelaisuit-
gang, raadpleegt u paragraaf
3.4.6 De storingsrelaisuitgang aan-
sluiten.
Functie
NC
Gemeenschappelijk (Common)
als u de dubbel-
21