Figuur 21
1. Kabelboom en kabelstekkers
4. Koppel de stekker van de Diagnostische ACE-tool
aan op de diagnoseaansluiting (Figuur 22).
Opmerking: Controleer of de juiste
overlay-sticker op het display van de Diagnostische
ACE is geplaatst.
Figuur 22
1.
Diagnostische ACE
5. Draai het contactsleuteltje op Aan, maar start de
motor niet.
Opmerking: De rode tekst op de overlay-sticker
heeft betrekking op de inputschakelaars en de
groene tekst op de outputs.
6. De LED 'inputs getoond' op de kolom rechtsonder
op de Diagnostische ACE moet oplichten. Als
de LED 'outputs getoond' oplicht, moet u de
tuimelschakelaar op de Diagnostische ACE
indrukken om de LED 'inputs getoond' te laten
oplichten.
De Diagnostische ACE zal de LED laten oplichten
die hoort bij de inputschakelaar die wordt gesloten.
7. Laat elke schakelaar afzonderlijk van de open naar
de gesloten stand gaan (d.w.z. neem plaats op de
stoel, trap het tractiepedaal in, enz.) en controleer
of de juiste LED op de Diagnostische ACE gaat
knipperen als de corresponderende schakelaar wordt
gesloten. Herhaal deze procedure bij elke schakelaar
die met de hand van de open in de gesloten stand
kan worden gezet.
8. Als de schakelaar wordt gesloten zonder dat
de bijbehorende LED gaat branden, moet u
alle kabels en aansluitingen naar de schakelaar
controleren en/of de schakelaar doormeten met een
g018321
weerstandsmeter. Vervang beschadigde schakelaar
en repareer kapotte kabels.
Opmerking: De Diagnostische ACE kan ook
ontdekken welke solenoïdes of relais van de outputs
zijn ingeschakeld. Op deze manier kunt u snel nagaan
wat de oorzaak van een storing is.
Controle van de outputfunctie
1. Plaats de machine op een horizontaal vlak, laat het
werktuig neer, zet de motor af en stel de parkeerrem
in werking.
2. Zet de stoel omhoog.
3. Ga naar de kabelboom en de kabelstekkers bij het
besturingssysteem.
4. Trek de kringloopstekker voorzichtig uit de stekker
van de kabelboom.
5. Bevestig de stekker van de Diagnostische ACE aan
de juiste stekker van de kabelboom. Als de machine
met een frontwerktuig is uitgerust, is er sprake van
twee regelinrichtingen.
Opmerking: Controleer of de juiste
overlay-sticker op de Diagnostische ACE is
geplaatst.
6. Draai het contactsleuteltje op AAN, maar start de
motor niet.
Opmerking: De rode tekst op de overlay-sticker
heeft betrekking op de inputschakelaars en de
groene tekst op de outputs.
7. De LED 'outputs getoond' op de kolom rechtsonder
op de Diagnostische ACE moet oplichten. Als
30