Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Trigger Setup Selecteren; Standaard Trigger Setup Instellen Voor Oproepen Bij Aanzetten; General-Knop En De [Sf4] Start Up-Knop; Selecteer Het Gewenste Trigger Setup - Yamaha DTXTREME III Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Configureren

Trigger Setup selecteren

Trigger Setup bevat diverse instellingen die betrekking hebben op triggeringangssignalen die worden ontvangen van pads of
drumtriggers (Yamaha DT20, enz.) die zijn aangesloten op de triggeringangsaansluitingen. Met deze instellingen kunt u de
werking en de reactie op deze signalen van de DTXTREME III optimaliseren.
Selecteer uit de voorgeprogrammeerde Trigger Setup-waarden van de DTXTREME III de waarde die optimaal geschikt is
voor uw drumkit. In de lijst hieronder wordt aangegeven hoe u de optimale waarde voor Trigger Setup kunt selecteren.
Trigger Setup selecteren
1
Druk op de [TRIGGER]-knop om de
Trigger-modus te activeren.
De display voor het selecteren van de trigger wordt
weergegeven.
1
2
1 Trigger Setup-nummer
Geeft het huidige Trigger Setup-nummer aan.
Instellingen
PRE: 01 – PRE: 07, USR: 01 – USR: 05
B Triggeringangsniveau-indicator
Wanneer u op de pad slaat, wordt het
triggeringangsniveau als een staafdiagram weergegeven
boven het nummer van de triggeringangsaansluiting
waarmee de desbetreffende pad is verbonden.
C [SF6] Input Lock
Met deze knop schakelt u Input Lock ('L'-indicator in
de rechterhoek van de display) in of uit. Normaal
gesproken kunt u controleren welke
triggeringangsaansluiting of triggeringangsbron moet
worden bewerkt door op de overeenkomstige pad te
slaan. Als u deze instelling wilt behouden zelfs als u op
een van de pads slaat, drukt u op deze knop om Input
Lock ('L'-indicator) in te schakelen.
2

Selecteer het gewenste Trigger Setup-

nummer met de datadraaiknop, de [INC/
YES]-knop of de [DEC/NO]-knop.
Zie de Trigger Setup-lijst op pagina 27 voor meer
informatie over de verschillende Trigger Setups.
26
DTXTREME III Gebruikershandleiding
Standaard Trigger Setup instellen voor
oproepen bij aanzetten
Als u een bepaalde Trigger Setup (d.w.z. de Setup die u
hierboven hebt geselecteerd) wilt oproepen elke keer dat de
DTXTREME III wordt aangezet, volgt u de onderstaande
instructies.
1
Druk op de [UTILITY]-knop om de Utility-
modus in te schakelen.
2
Druk achtereenvolgens op de [F1]

GENERAL-knop en de [SF4] START UP-knop

3
om het Start Up-display op te roepen.
1 TriggerNo (Trigger Setup-nummer)
Geeft het nummer aan van de Trigger Setup die wordt
opgeroepen bij het aanzetten van de DTXTREME III.
3
Verplaats de cursor naar het Trigger Setup-
nummer en selecteer het gewenste
nummer met de datadraaiknop, de
[INC/YES]-knop of de [DEC/NO]-knop.
Zie de Trigger Setup-lijst op pagina 27 voor meer
informatie over de verschillende Trigger Setups.
4
Druk op de [ENTER/STORE]-knop als u
de instelling wilt opslaan.
OPMERKING
• U kunt uw eigen Trigger Setup maken door verschillende parameters
te bewerken. Zie voor details pagina 108.
LET OP
• Voor Factory Set-handelingen die langere tijd in beslag nemen,
ziet u het bericht 'Please keep power on...' (Schakel het
instrument niet uit) tijdens de verwerking. Schakel het instrument
nooit uit terwijl een dergelijk bericht wordt weergegeven (er worden
data naar het flash-ROM geschreven). Het instrument uitzetten in
deze situatie heeft het verlies van alle gebruikersdata tot gevolg en
kan zorgen dat het systeem vastloopt (vanwege beschadigde data
in het flash-ROM). Hierdoor wordt het instrument mogelijk
niet goed gestart, ook niet als u het instrument de volgende
keer inschakelt.
1

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave