Inhoudsopgave
Advertenties
Referentie
Sampling-modus [SAMPLING]
Werken met samples en gebruikersvoices toewijzen
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de Sampling-handeling uitvoert en een gebruikersvoice creëert, die u vervolgens aan
de drumkit kunt toewijzen en kunt afspelen door op de pad te slaan.
1
Sluit een microfoon of audioapparatuur
op de DTXTREME III aan.
2
Druk op de [DRUM KIT]-knop en selecteer
vervolgens de drumkit waaraan u
de gebruikersvoice wilt toewijzen.
3
Druk op de [SAMPLING]-knop om
de Sampling-modus te activeren.
De User Voice Select-display wordt weergegeven. Via deze
display kunt u het gebruikersvoicenummer (USR-A: 001 –
USR-H: 127) selecteren als bestemming voor de Sampling-
handeling. De Sampling-handeling wijst de opgenomen
audiodata toe aan de gebruikersvoice die u hier selecteert.
1
2
1 Gebruikersvoice
Bepaalt de gebruikersvoice waaraan de audiosignalen worden
toegewezen die u creëert via de Sampling-functie.
Instellingen
USR-A: 001 – USR-H: 127
B [SF1] AUDITION
Houd deze knop ingedrukt om de momenteel geselecteerde
gebruikersvoice te beluisteren. (Als de desbetreffende
gebruikersvoice leeg is, hoort u geen geluid.)
C [F6] REC
Druk op deze knop om de Sampling Record Standby-display
op te roepen.
D [SF6] INF
Druk op deze knop om de gebruikte hoeveelheid
samplinggeheugen aan te geven. Druk nogmaals op deze knop
om terug te keren naar de oorspronkelijke display.
1 Gebruikt/Totaal
Geeft de gebruikte en de totale hoeveelheid geheugen aan.
B Recordable Size
Geeft de vrije hoeveelheid geheugen aan.
C Beschikbare opnametijd
Geeft de resterende sampletijd aan op basis van het
beschikbare geheugen.
136
DTXTREME III Gebruikershandleiding
3
4
1
2
3
OPMERKING
• De beschikbare sampletijd is als volgt afhankelijk van de
instellingen voor de samplefrequentie:
44,1 kHz: 6 min 20 s
22,05 kHz: 12 min 40 s
11,025 kHz: 25 min 20 s
5,5125 kHz: 55 min 40 s
* Toegepast op zowel mono als stereo
4
Druk op de [F2] SETTING-knop om de
Sampling Setting-display op te roepen,
waarin u de nodige instellingen kunt
configureren.
Via deze display kunt u de basisparameters instellen, zoals
opnamebron en samplefrequentie.
1
1 Source (Samplebron)
Bepaalt de ingangsaansluiting waarop het te samplen signaal
wordt ontvangen.
Instellingen
AUX IN, resample
AUX IN
De analoge audio van de AUX IN/SAMPLING
IN-aansluitingen wordt herkend als
opnamebron.
resample
Het audiosignaal via de uitgang van de
DTXTREME III wordt intern ontvangen en
herkend als opnamebron.
B Mono/Stereo
Bepaalt of nieuwe samples stereo of mono worden opgenomen.
Instellingen
monoL, monoR, monoL+R, stereo
monoL
Het signaal van het L-kanaal wordt mono
opgenomen.
monoR
Het signaal van het R-kanaal wordt mono
opgenomen.
monoL+R Het signaal van de L- en R-kanalen worden
gemixt en mono opgenomen.
stereo
Er wordt een stereosample opgenomen.
C Frequency
Bepaalt de samplefrequentie. De snelheid waarmee digitaal
wordt ingelezen, wordt de samplefrequentie genoemd. Hoe
hoger de samplefrequentie, des te hoger de kwaliteit van het
geluid. U wordt aangeraden deze parameter in te stellen op
'44.1kHz', dit is de hoogste instelling. Als u een geluid van
lagere kwaliteit wilt verkrijgen, selecteert u een andere
waarde dan 44,1 kHz. Afhankelijk van het bronsignaal kan bij
andere waarden dan 44,1 kHz het geluid dat u tijdens de
opname beluistert, anders klinken dan het daadwerkelijk
opgenomen geluid.
44.1k (44,1 kHz), 22.0kLo (22,05 kHz Lo-Fi),
Instellingen
11.0kLo (11,025 kHz Lo-Fi), 5.5kLo
(5,5125 kHz Lo-Fi)
[F1] SELECT/[F2] SETTING
2 3
Advertenties
Inhoudsopgave
