08: Slice
Met deze job kunt u de audiodata in de huidige
gebruikersvoice verdelen in aparte segmenten en deze
vervolgens toewijzen aan verschillende gebruikersvoices.
Deze job bestaat uit twee displays. De eerste display wordt
weergegeven voordat u de Slice-handeling uitvoert. In deze
display geeft u aan hoe de audiodata worden
gesegmenteerd. De tweede display wordt weergegeven
nadat u de Slice-handeling hebt uitgevoerd. In deze display
wijst u het gecreëerde segment toe aan een andere
gebruikersvoice.
Eerste display (voor het instellen van
de desbetreffende parameters)
1 Type
Bepaalt het type dat het best overeenkomt met de
oorspronkelijke frase. Geeft aan hoe de gebruikersvoice wordt
gesegmenteerd en bepaalt in zekere mate de kwaliteit van het
resulterende geluid.
Instellingen
beat, phase1 – 4, quick
beat
Dit segmenttype is geschikt voor
percussiefrasen zoals drums of bas met een
snelle attack en een korte wegsterftijd.
phrase1 – 4 Ideaal voor frasen met cimbalen of andere
instrumenten met een lange wegsterftijd.
quick
De audiodata in de gebruikersvoice worden
gesegmenteerd volgens de instellingen van
de SubDivide-parameter, ongeacht de
inhoud van de frasen.
B SubDivide
Bepaalt het aantal segmenten.
Bereik
2 – 16
Tweede display (voor het instellen van het
segmentnummer en het nummer van de
doelgebruikersvoice)
Via deze display (die verschijnt nadat u de Slice-handeling
hebt uitgevoerd) kunt u elk segment toewijzen aan een
andere gebruikersvoice. Stel de Select-parameter in op het
gewenste segmentnummer, stel de Save To-parameter in op
het nummer van de gebruikersvoice waaraan u het segment
wilt toewijzen en druk op de [ENTER/STORE]-knop om
de Assignment-handeling uit te voeren.
Deze functie biedt het voordeel dat u elk ritmesegment zo
kunt configureren dat het door een andere pad (of
nootnummer) wordt geactiveerd, zodat het ritme op
verschillende manieren opnieuw kan worden gecreëerd
door het afspelen van de individuele segmenten.
1
2
C Select
Bepaalt het segmentnummer.
D SaveTo
Bepaalt het nummer van de gebruikersvoice waaraan u het
opgegeven segment wilt toewijzen.
Instellingen
E [SF1] AUDITION
U kunt de gecreëerde segment één voor één beluisteren door
het segmentnummer 3 te selecteren en de [SF1] AUDITION-
knop ingedrukt te houden. Als u tevreden bent met het
resultaat van elk segment, wijst u het toe aan een aparte
gebruikersvoice. Als u niet tevreden bent met het resultaat,
drukt u op de [EXIT]-knop om terug te keren naar de eerste
display en voert u de Slice-handeling nogmaals uit.
09: Name
Gebruik deze job om de naam van de huidige
gebruikersvoice in te voeren of te wijzigen.
1 Name
Bepaalt de naam van de gebruikersvoice (maximaal
10 tekens). Zie 'Basisbediening' op pagina 15 voor meer
informatie over het opgeven van een naam.
B [SF6] LIST
Wanneer de cursor zich op het Name-veld bevindt, kunt u
de lijst met tekens oproepen door op de [SF6] LIST-knop
te drukken en vervolgens de naam invoeren.
Zie 'Basisbediening' op pagina 15 voor meer informatie
over het opgeven van een naam.
Sampling-modus [SAMPLING]
5
USR-A: 001 – USR-H: 127
1
DTXTREME III Gebruikershandleiding
Referentie
3
4
2
145