INLEIDING
2.2 WERKING
Opbouw
Het testapparaat MULTI PAT 3140 wordt door een micro-processor
bestuurd. Hierin zijn de volgorde en structuur van de verschillende
testmethoden vastgelegd. Een verlicht LCD-display geeft gedurende alle
metingen de status van het apparaat aan en vraagt de gebruiker om een
aantal keuzes te maken of een alfanumerieke code in te voeren op het
"qwerty" toetsenbord.
Bijvoorbeeld:
Bij de selectie van de optie "PIEP BIJ TOETSEN" zal bij elke toets die
wordt ingedrukt een pieptoon klinken. Door middel van de Enter-toets kan
deze optie wel of niet ("JA" of "NEE") worden geselecteerd.
Aansluiten
Het apparaat wordt middels het netsnoer in het snoervak op een
netspanning van 230V 50/60Hz en randaarde aangesloten.
Testen van apparatuur
Voor iedere soort apparatuur is een specifieke opstelling/aansluiting
noodzakelijk. Zie hoofdstuk 7 voor het testen van verschillende soorten
apparatuur. Zie bijlage 3 voor de verschillende metingen die met het
testapparaat kunnen worden verricht.
Het instellen van de testvolgorde en -waarden van het apparaat kan hand-
of softwarematig met behulp van een testcode worden uitgevoerd. De
testcode kan ook via de RS232 aansluiting en de specifieke software in
het testapparaat worden geladen.
15
Rev 002