5.2 Volumesmoring Q instellen
ij aandrijvingen < 240 cm2 en aanslui-
ting aan de zijkant van de steldruk (type
3271-5): Smoorstand op MIN SIDE,
ij aansluiting op de achterzijde (type
3277-5) smoorstand op MIN ACK.
ij aandrijvingen vanaf 240 cm2 MAX
SIDE bij aansluiting zijkant en MAX
ACK bij aansluiting achterkant kiezen.
Opgelet! Wanneer de smoorstand na een
initialisatie wordt veranderd, dan moet de
initialisatie opnieuw worden uitgevoerd.
5.3 Aanwijzing aanpassen
De klepstandstelleraanwijzing kan met 180°
worden verdraaid.
Wanneer de aanwijzing op zijn kop staat,
ga dan als volgt te werk:
1. De
-knop verdraaien tot code 2 ver-
schijnt, dan code 2 door indrukken van
de
-knop bevestigen, code 2 knippert.
Leesrichting voor aan-
bouw pneumatische aan-
sluitingen rechts
Leesrichting voor aan-
bouw pneumatische aan-
sluitingen links
nbedrijfname en instelling
2.
-knop verdraaien tot de aanwijzing
in de gewenste richting staat, dan de
leesrichting door indrukken van de
knop bevestigen.
5.4 Steldruk begrenzen
Indien de maximale aandrijfkracht bescha-
digingen aan het ventiel kan veroorzaken,
dan moet de steldruk worden begrensd.
Daarvoor eerst code 3 voor vrijgave kiezen
en dan bij code 16 als drukgrens 1,4, 2,4
of 3,7 bar instellen.
5.5 Arbeidsbereik van de klep-
standsteller controleren
Om de mechanische aanbouw en het opti-
maal functioneren te controleren, moet het
arbeidsbereik van de klepstandsteller in de
bedrijfsstand handmatig met de "gewenste
waarde Hand" worden doorlopen.
1. De
-knop verdraaien tot code 0 ver-
schijnt, dan code 0 door indrukken van
de
-knop bevestigen.
2.
-knop verdraaien tot de aanwijzing
MAN , de bedrijfsstand handmatig ver-
schijnt, ingestelde bedrijfsstand door in-
drukken van de
Code 0
Keuze
handbediening
Standaard AN
Code 1
Ventiel met de sterknop
verstellen, actuele draai-
hoek wordt getoond.
-knop bevestigen.
B 8384-2 NL
-
39