nl
13.3
Explosie-goedkeuring
13.3.1
Aanduiding van explosie-goedge-
keurde roerwerken
13.3.2
Beschermingsklasse
13.3.3
Toepassing
46
Inbouw- en bedieningsvoorschriften • Wilo-Flumen OPTI-TR 50-3 ... 120-1, Wilo-Flumen EXCEL-TRE 50-3 ... 90-2 • Ed.01/2022-07
Bij motoren die met een frequentieomvormer worden gevoed, kunnen storingen van de be-
waking van de motor optreden. De volgende maatregelen kunnen deze storingen terug-
brengen of voorkomen:
•
Houd grenswaarden van spanningspieken en stijgingssnelheden conform IEC 60034-25
aan. Bouw indien nodig het uitgangsfilter in.
•
Varieer de pulsfrequentie van de frequentieomvormer.
•
Gebruik bij storing van de interne bewaking van de afdichtingsruimte de externe dubbe-
le staafelektrode.
De volgende constructiemaatregelen kunnen tot het terugbrengen of voorkomen van sto-
ringen bijdragen:
•
Gescheiden aansluitkabels voor hoofd- en besturingskabel (afhankelijk van de construc-
tieve afmeting van de motor).
•
Bij de installatie voldoende afstand tussen hoofd- en besturingskabel aanhouden.
•
Gebruik van afgeschermde aansluitkabels.
Samenvatting
•
Min./max. frequentie bij continu bedrijf:
–
Asynchroonmotoren: 30 Hz tot nominale frequentie (50 Hz of 60 Hz)
–
Permanente magneetmotoren: 30 Hz tot aangegeven maximale frequentie volgens
typeplaatje
LET OP! Hogere frequenties zijn na contact met de servicedienst mogelijk.
•
Neem extra maatregelen met betrekking tot de elektromagnetische compatibiliteit in
acht (keuze frequentieomvormer, filter gebruiken enz.).
•
Nooit de nominale stroom en het nominaal toerental van de motor overschrijden.
•
Aansluiting voor bimetaal- of PTC-sensor.
Dit hoofdstuk bevat aanvullende informatie voor het bedrijf van het roerwerk in een explo-
sieve atmosfeer. Het volledige personeel moet dit hoofdstuk lezen. Dit hoofdstuk geldt al-
leen voor roerwerken met een Ex-goedkeuring!
Voor het gebruik in een explosieve atmosfeer moet het roerwerk als volgt op het type-
plaatje worden gemarkeerd:
•
"Ex"-symbool van de desbetreffende goedkeuring
•
Ex-classificatie
•
Certificeringsnummer (afhankelijk van de goedkeuring)
Het certificeringsnummer is, voor zover dit bij de goedkeuring vereist is, op het type-
plaatje geprint.
De constructieve uitvoering van de motor komt overeen met de volgende beschermings-
klassen:
•
Drukvaste kapseling (ATEX)
•
Explosionproof (FM)
•
Flameproof enclosures (CSA-EX)
De motor moet minimaal uitgerust zijn met een temperatuurbegrenzer (temperatuurbewa-
king 1 circuit) om de oppervlaktetemperatuur te beperken. Een temperatuurregeling (tem-
peratuurbewaking 2 circuits) is mogelijk.
IECEx-certificaat
De roerwerken zijn geschikt voor het bedrijf in explosieve zones:
•
Toestelgroep: II
•
Categorie: 2, zone 1 en zone 2
De roerwerken mogen niet in zone 0 worden gebruikt!
ATEX-certificering
De roerwerken zijn geschikt voor het bedrijf in explosieve zones:
•
Toestelgroep: II
•
Categorie: 2, zone 1 en zone 2
De roerwerken mogen niet in zone 0 worden gebruikt!
FM-goedkeuring
De roerwerken zijn geschikt voor het bedrijf in explosieve zones: