16 Koelmiddel vullen
In de buitenunit
Isoleer de koelmiddelleidingen als volgt:
a
b
c
d
a
Afdichting
b
Isolatie
c
Plastic tape rond bochten
d
Plastic tape tegen scherpe randen
3 Isoleer de vloeistof-, gas en hogedruk-/lagedrukleiding.
4 Draai thermische isolatie rond de bochten en draai er plastic
tape rond (c, zie hierboven).
5 Zorg ervoor dat de lokale leidingen niet in contact komen met
componenten van de compressor.
6 Dicht de uiteinden van de isolatie af (afdichtmiddel, enz.) (b, zie
hierboven).
7 Draai plastic tape (d, zie hierboven) rond de lokale leidingen om
ze te beschermen tegen scherpe randen.
8 Als de buitenunit hoger dan de binnenunit staat, bedek de
afsluiters dan met een afdichtmiddel om te voorkomen dat er
condenswater van de afsluiters in de binnenunit terechtkomt.
OPMERKING
Blote leidingen kunnen condensatie veroorzaken.
9 Monteer het servicedeksel en de inlaatplaat van de leidingen.
10 Dicht alle openingen af om te voorkomen dat er sneeuw of
kleine dieren in het systeem terechtkomen.
WAARSCHUWING
Neem de gepaste maatregelen om te voorkomen dat
kleine dieren kunnen gaan nestelen in de unit. Kleine
dieren die in contact komen met elektrische onderdelen
kunnen storingen, rook of brand veroorzaken.
15.3.7
Controleren op lekken na vullen van
koelmiddel
Na het vullen van koelmiddel in het systeem moet een extra lektest
worden uitgevoerd. Zie
"16.9 Controleren op koelmiddellekken na
vullen" [ 4 40].
het
16
Koelmiddel vullen
16.1
Voorzorgsmaatregelen bij het
vullen van koelmiddel
WAARSCHUWING
▪ Gebruik uitsluitend R32 als koelmiddel. Andere stoffen
kunnen ontploffingen en ongelukken veroorzaken.
▪ R32 bevat gefluoreerde broeikasgassen. Het heeft een
aardopwarmingsvermogen (GWP) van 675. Laat deze
gassen NIET vrij in de atmosfeer.
▪ Gebruik
bij
het
beschermende handschoenen en een veiligheidsbril.
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
36
vullen
van
koelmiddel
ALTIJD
OPMERKING
Als de voeding van sommige units wordt uitgeschakeld,
kan de vulprocedure niet goed worden voltooid.
OPMERKING
Bij een systeem met meerdere buitenunits moet u de
voeding van alle buitenunits inschakelen.
OPMERKING
Schakel de voeding ten minste 6 uur voor gebruik IN om
de carterverwarming van stroom te voorzien en de
compressor te beschermen.
OPMERKING
Als de stappen binnen de 12 minuten na het inschakelen
van de binnen- en buitenunits worden uitgevoerd, werkt de
compressor niet voordat de communicatie tussen de
buitenunit(s) en binnenunits op een correcte manier tot
stand is gebracht.
OPMERKING
Controleer of alle aangesloten binnenunits worden herkend
(zie [1‑10] en [1‑39] in
"18.1.7 Stand 1: Controle
instellingen" [ 4 45]).
OPMERKING
Controleer of de aanduiding op het 7-segmentendisplay
van de A1P-printplaat van de buitenunit normaal is voordat
u de vulprocedure begint (zie
[ 4 44]).
activeren"
Als
een
weergegeven, zie
"21.1 Problemen op basis van foutcodes
oplossen" [ 4 50].
OPMERKING
Sluit het voorpaneel voordat u begint met koelmiddel bij te
vullen. Wanneer het voorpaneel niet is gemonteerd, kan de
unit niet controleren of er geen storingen zijn.
OPMERKING
Bij onderhoud en wanneer het systeem (buitenunit+BS-unit
+lokale leidingen+binnenunits) geen koelmiddel meer
bevat (bijv. na aftappen van het koelmiddel), dan moet
eerst de oorspronkelijke hoeveelheid (zie naamplaatje op
de unit) en de berekende extra hoeveelheid koelmiddel in
de unit worden gebracht.
OPMERKING
▪ Zorg ervoor dat er bij gebruik van vulapparatuur geen
verontreiniging
gebeurt
koelmiddelen.
▪ De vulslangen of vulleidingen moeten zo kort mogelijk
worden gehouden om de hoeveelheid koelmiddel erin
zo klein mogelijk te houden.
▪ Koelmiddelflessen moeten worden opgeslagen zoals
voorgeschreven in de instructies.
▪ Het koelsysteem moet geaard zijn voordat het wordt
gevuld
met
koelmiddel.
installatie" [ 4 40].
▪ Label het systeem wanneer het gevuld is.
▪ Wees heel voorzichtig dat u het koelsysteem niet
overvult.
"18.1.4 Stand 1 of 2
storingscode
wordt
door
verschillende
Zie
"17
Elektrische
REMA5+REYA8~20A7Y1B
VRV 5 warmteterugwinning
4P684060-1 – 2022.02