Bediening van het voertuig
7
Voertuigbeweging
14.
Ontgrendel de parkeerrem.
15.
Duw het voertuig vooruit om de weglooprem in te schakelen. De Walk-Away Brake (weglooprem)
is ingeschakeld wanneer:
15.A
De multifunctionele zoemer klinkt.
Opmerking:
maximaal 1 tot 3 mph (1,6 tot 4,8 km/u).
16.
Stop het voertuig.
17.
Duw het gaspedaal langzaam in. Rijd met het voertuig op maximale snelheid van een helling van
20% of minder.
18.
Controleer of het regeneratieve remsysteem bij de geprogrammeerde maximumsnelheid wordt
ingeschakeld en het voertuig op deze maximumsnelheid houdt.
19.
Druk langzaam het rempedaal in. Stop het voertuig. Controleer of regeneratief remmen wordt
uitgeschakeld wanneer de voertuigsnelheid lager is dan de geprogrammeerde
maximumsnelheid.
VOERTUIGBEWEGING
OVERZICHT
Bedien het voertuig pas nadat u het volgende hebt gelezen, begrepen en onthouden:
• Rijvoorschriften
• Indicatielampjes
• Meters
• Displays
• Bedieningsknoppen
MOTOR STARTEN
Vóór het starten van de motor:
• Lees en volg alle veiligheidsstickers en -informatie op het voertuig.
• Leer hoe u het voertuig correct en veilig kunt bedienen.
• Zorg ervoor dat u begrijpt hoe alle bedieningselementen, indicatoren, displays en meters van
het voertuig werken.
• Controleer of alle passagiers zitten en de handgrepen of leuningen gebruiken. De bestuurder
moet beide handen aan het stuur houden.
• De voorwielen staan in de rijrichting.
• Er zijn geen obstakels voor het voertuig.
• De Forward/Neutral/Reverse-regelaar (FNR) staat op N.
• De parkeerrem is ingeschakeld.
• Het gaspedaal is niet ingeduwd.
• Het voertuig staat volledig stil.
Pagina 52
Regeneratief remmen werkt en de voertuigsnelheid beperkt is tot
CARRYALL 100 ELECTRIC
Gebruikershandleiding
TPCC01FC00NL019 (Editie A)