Onderhoud; Storingen, Oorzaken En Oplossingen - Wilo -Economy MHIE Inbouw- En Bedieningsvoorschriften
Verberg thumbnails
Zie ook voor Wilo-Economy MHIE:
- Inbouw- en bedieningsvoorschriften (150 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
Nederlands
• Wij adviseren om een minimaal pompvermogen
van ongeveer 10 % van de nominale doorvoer-
capaciteit van de pomp aan te houden om te
voorkomen dat in het bovenste gedeelte van
de pomp een gasbel ontstaat.
• Open de afsluitkraan aan de perszijde en start
de pomp.
• Controleer de stabiliteit van de druk aan de
perszijde met een manometer, ontlucht of vul bij
drukschommelingen opnieuw.
• Zorg ervoor dat het stroomverbruik niet boven
de opgegeven waarde op het typeplaatje van
de pomp gaat.
7. Onderhoud
GEVAAR! Levensgevaar!
Voor elke ingreep de pomp(en) spanningsvrij
schakelen!
• Tijdens het bedrijf is geen speciaal onderhoud
noodzakelijk.
• De lagers zijn voor de gehele levensduur gesmeerd
en hebben daarom geen smering nodig.
Aan slijtage onderhevig onderdeel of com-
ponent
Levensduur
Interval voor verva-
nging
8. Storingen, oorzaken en oplossingen
Laat storingen alleen door gekwalificeerd per-
soneel verhelpen! Veiligheidsvoorschriften in
acht nemen.
Relais
De toerentalomvormer is voorzien van twee uit-
gangsrelais met potentiaalvrije contacten voor
de centrale besturing. Voorbeeld: schakelkast,
pompbewaking....
SBM-relais:
Dit relais kan in het menu "Service" <5.7.6.0> op
3 bedrijfsmodi worden ingesteld.
Modus: 1 (standaardinstelling)
Relais "Beschikbaarheidsmelding" (standaard-
functie bij dit pomptype).
Het relais is actief, als de pomp functioneert of
kan functioneren.
Het relais wordt bij de eerste keer dat een storing
optreedt of bij stroomuitval gedeactiveerd (de
pomp stopt).
Er wordt een schakelkast over de (ook tijdelijke)
beschikbaarheid van een pomp geïnformeerd.
Modus: 2
Relais "Bedrijfsmelding".
Het relais is actief, als de pomp loopt.
Modus: 3
Relais "Activeringsmelding".
Het relais is actief, als de pomp onder spanning
staat.
84
Mechanische
afdichting
10 000 h tot
20 000 h
Continu bedrijf
1 tot 2 jaar
15 uur bedrijf per dag
2 tot 4 jaar
9 maanden per jaar
• Houd pomp en motor/frequentie-omvormer alti-
jd in een schone toestand.
• Op een tegen vorst beveiligde plek mag de pomp
ook bij een langere buitenbedrijfstelling niet wor-
den geleegd.
• Om blokkering van de as en van de hydraulische
inrichting moet de pomp leeggemaakt worden
bij vorstgevaar, door de aftapplug (pos. 6 ) en
de inlaat-/ontluchtingsschroef (pos. 5) er uit te
schroeven. Draai beide schroeven er opnieuw in,
zonder ze vast te draaien.
Intervallen voor vervanging.
AANWIJZING: Hier kunnen slechts aanbevelingen
worden gedaan, omdat de vervangingsintervallen
afhangen van de bedrijfsomstandigheden van de
groep, namelijk:
• Temperatuur, druk en kwaliteit van de vloeistof
voor de mechanische afdichting.
• Druk en omgevingstemperatuur voor de motor
en andere onderdelen.
• Startfrequentie: continu of periodiek bedrijf.
Lager van pomp
Omvormer
en motor
≥15 000 h
12 000 h tot
Max. omgev. temp.
50 000 h
1,5 tot 5 jaar
1 tot 3 jaar
3 tot 10 jaar
SSM-relais:
Relais "Storingsmelding"
Nadat er een serie van hetzelfde fouttype (van
1 tot 6, afhankelijk van de ernst) is herkend,
stopt de pomp en dit relais wordt geactiveerd
(totdat manueel wordt ingegrepen).
Voorbeeld: 6 storingen van verschillende duur
binnen 24 uur, glijdend.
Status van het SBM-relais in
"Beschikbaarheidsmelding".
1
2
Storingen
Relais
geac-
tiveerd
SBM
Relais
in rust
Relais
geac-
tiveerd
SSM
Relais
in rust
24 uur, glijdend
Motorwikkeling
25 000 h
Max. omgev. temp.
40 °C
40 °C
3 jaar
-
6 jaar
6
3
4
5
WILO SE 04/2016
Advertenties
Inhoudsopgave
