Inhoudsopgave
Advertenties
15.3 OPTIE: HYDRAULISCHE DIEPTEVERSTELLING
De machine is standaard uitgevoerd met een mechanische diepteverstelling, desgewenst kan de
machine omgebouwd worden naar een hydraulische diepteverstelling.
De hydraulische diepteverstelling is als optie te bestellen onder nummer:
•
VD2216: 211.116.006
•
VD2220: 211.122.006
De ombouwprocedure is als volgt: (Zie fig.19)
Voor de onderdelen zie het onderdelenhandboek.
Linkerzijde machine kijkende naar input as links.
Rechterzijde machine kijkende naar input as rechts.
1. Zet de Verti-drain op een stevige ondergrond en zeker de Verti-Drain tegen wegzakken.
Zorg ervoor dat de voorrol vrij kan bewegen en dat de Verti-Drain hier niet op afsteunt.
2. Verwijder de kappen (1).
3. Draai de voorrol (2) naar beneden zodat deze net afsteunt en de spindels (8) spanningsvrij
zijn.
4. Verwijder de moeren (3).
5. Verwijder de platen (4).
6. Monteer de in de kit bijgeleverde platen 464.203.400 (5) en 464.043.100 (6).
7. Voeg aan de linkerzijde van de machine de bracket 468.031.402 (7) toe en bout het geheel
vast.
8. Voer stappen 4 tot en met 7 uit aan de andere zijde van de machine.
9. Verwijder spindel (8) tezamen met bus (9) aan de linkerzijde.
10. Monteer cilinder 534.252.002 met stangdiameter 25mm (1") (10) met bijgeleverde bussen
(11) en bouten (12) aan de linker zijde van de machine.
Gebruik voor de bevestiging aan het support (15) de bestaande bouten.
11. Verwijder spindel (8) tezamen met bus (9) aan de rechterzijde.
12. Monteer cilinder 534.252.004 met stangdiameter 30mm (1,2") (10) met bijgeleverde bussen
(11) en bouten (12) aan de rechter zijde van de machine.
Gebruik voor de bevestiging aan het support (15) de bestaande bouten.
13. Monteer de slangen aan de cilinders en de andere hydraulische componenten zoals
aangegeven in het onderdeelhandboek.
14. Monteer de kappen (1) op de machine.
15. Zet de slangblokken (13) en de andere hydraulische componenten vast op de kappen (1).
16. Monteer de werkdiepte-indicator (14) op de kap (1), voer de kabel door de kap (1) heen en
zet het uiteinde vast op het support (15). Gebruik een draadborgende lijm op de bout tegen
loslopen.
17. Stel de werkdiepte-indicator (14) zo af dat deze dezelfde indicatie aangeeft als de indicatoren
(16) aan op de zijkanten van de machine.
18. Wees ervan verzekerd dat alle bevestigingsmiddelen goed vast zitten en koppel de machine
achter een tractor zoals beschreven in hoofdstuk 3.0.
ONTLUCHTEN VAN DE HYDRAULISCHE DIEPTEVERSTELLING:
1. Sluit de hydraulische slangen aan op de tractor.
2. Til de machine van de grond.
3. Draai de kraan (17) geplaatst aan de rechterzijde van de machine linksom open (met
bijgeleverde sleutel) voor het ontluchten van het hydraulische diepte verstelling systeem.
4. Activeer de hydraulische uitgang van de tractor en laat de voorrol voorzichtig naar beneden
bewegen om de lucht uit het systeem te verwijderen.
28
Advertenties
Inhoudsopgave
