Installatie
* Klem 37 is niet beschikbaar in de FC 301 (met uitzondering van framegrootte A1). Relais 2 en klem 29 hebben geen
functie in FC 301.
2
1
9
10
L1
L2
L3
PE
8
Afbeelding 2.5 Typische elektrische aansluiting
1
PLC
2
Frequentieomvormer
3
Uitgangsschakelaar (gewoonlijk niet aanbevolen)
4
Aardingsrail (PE)
5
Kabelisolatie (gestript)
2.4.1 Vereisten
WAARSCHUWING
GEVAARLIJKE APPARATUUR!
Draaiende assen en elektrische apparatuur kunnen
gevaarlijk zijn. Alle elektrische werkzaamheden moeten
worden uitgevoerd overeenkomstig de nationale en lokale
elektriciteitsvoorschriften. Het wordt ten zeerste
aangeraden om de installatie, het opstarten en het
onderhoud uitsluitend te laten uitvoeren door opgeleid en
gekwalificeerd personeel. Het niet opvolgen van de
aanbevelingen kan leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
VOORZICHTIG
KABELISOLATIE!
Plaats de kabels voor het ingangsvermogen, de
motorkabels en de stuurkabels in drie afzonderlijke
metalen leidingen of gebruik afzonderlijk afgeschermde
kabels om hoogfrequente ruis tegen te gaan. Wanneer de
voedingskabels, motorkabels en stuurkabels niet op deze
wijze worden geïsoleerd, kan dit resulteren in lagere
prestaties van de frequentieomvormer en aanverwante
apparatuur.
VLT
®
AutomationDrive
Bedieningsinstructies
3
4
5
6
U
V
W
PE
7
6
7
8
9
10
®
MG33AK10 – VLT
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Min. 200 mm tussen stuurkabels, motor en net
Motor, 3 fasen en aardverbinding
Net, 3 fasen en versterkte aardverbinding
Stuurkabels
Vereffening min. 16 mm²
Voor uw eigen veiligheid dient u te voldoen aan de
volgende vereisten.
•
Elektronische regelapparatuur wordt aangesloten
op gevaarlijke netspanningen. Bescherm uzelf
zeer goed tegen elektrische gevaren wanneer u
de eenheid op de netvoeding aansluit.
•
Houd de motorkabels van meerdere frequentie-
omvormers van elkaar gescheiden. Geïnduceerde
spanning van de uitgangskabels van motoren die
bij elkaar zijn geplaatst, kan de condensatoren
van de apparatuur van spanning voorzien, zelfs
wanneer de apparatuur is afgeschakeld en
vergrendeld (lockout).
Overbelastingsbeveiliging en beveiliging van apparatuur
•
Een elektronisch geactiveerde functie in de
frequentieomvormer zorgt voor een overbelas-
tingsbeveiliging van de motor. De
overbelastingsbeveiliging berekent het toename-
niveau om de timer voor de uitschakelfunctie (het
stoppen van de regelaaruitgang) in te schakelen.
Hoe meer stroom er wordt getrokken, hoe sneller
de uitschakelfunctie zal reageren. De overbelas-
tingsbeveiliging biedt een motorbeveiliging
volgens klasse 20. Zie 8 Waarschuwingen en
2
2
11