# -knop
d
q
#
q
in de stand Fotograferen om de flitserfunctie te selecteren. Druk op o om in te stellen.
Druk op
AUTO (autoflitsen)
! Flitsen met onderdrukken van
rode ogen
# Invulflitsen
!#Invulflitsen met
onderdrukken van rode ogen
#SLOW
$ Flitser uit
• Om te fotograferen met de flitser, drukt u op #. Als de flitser niet omhoog gegaan is, kunnen de
instellingen niet worden uitgevoerd.
g "#-knop Flitser omhoog" (Blz. 14)
• Afhankelijk van de stand van de functieknop kunnen sommige functies niet worden ingesteld.
r
QUICK VIEW-knop
e
Op de monitor verschijnt het laatst gefotografeerde beeld. Druk op
Fotograferen.
Om terug te keren naar de stand Fotograferen, drukt u de ontspanknop half in.
o-knop (OK/FUNC)
f
Geeft het functiemenu weer en stelt de in de stand Fotograferen vaak gebruikte functies in. Deze knop
wordt ook gebruikt om de instelling te bevestigen.
#
Functies die in het functiemenu ingesteld kunnen worden
A/S Diafragmavoorkeuze / sluitertijdvoorkeuze
Selecteer de stand Fotograferen als de functieknop op A/S staat.
A (diafragmavoorkeuze)
S (sluitertijdvoorkeuze)
• Weergegeven als de functieknop op A/S staat.
s /2/3/4 De vastgelegde voorkeursinstelling Fotograferen wisselen
s/E/c/d
• Weergegeven als de functieknop op r staat.
• Instellingen zijn vastgelegd onder s als standaardinstelling af fabriek.
Functiemenu
1 / 1 0 0 0
1 / 1 0 0 0
F8 .0
F8 .0
A
A
WB
AUTO
ISO
AUTO
o
A/S
A/S
A
ESP
S
Bij weinig licht of tegenlicht ontsteekt de flitser automatisch.
De flitser geeft inleidende flitsen af voor het onderdrukken van
rode ogen.
De flitser ontsteekt altijd, ongeacht het beschikbare licht.
De hoofdflits ontsteekt altijd na de inleidende flitsen die het effect
van rode ogen onderdrukken.
De flitser flitst langzaam.
De flitser ontsteekt nooit, ook niet bij weinig licht.
Met deze functie kunt u het diafragma zelf instellen en de camera kiest
automatisch de passende sluitertijd.
Met deze functie kunt u de sluitertijd zelf instellen en de camera kiest
automatisch het passende diafragma.
g "WB Kleur van een foto aanpassen" (Blz. 22)
"ISO De ISO-gevoeligheid wijzigen" (Blz. 23)
"DRIVE Continu fotograferen" (Blz. 23)
"METERING Een ander vlak kiezen voor het meten van de
helderheid van een onderwerp" (Blz. 24)
pq: Selecteer een instelling en druk op o.
sr: Selecteer de instellingen.
Gebruik van de flitser
Beelden bekijken
r
QUICK VIEW in de stand
17
NL