264
*1 Dit kan gebruikt worden als [3. Uitgebreide gevoeligheid] in het [A Pers.instelling 1] menu
ingesteld is op [Aan].
Berekenen van de opnameafstand op basis van de
diafragmawaarde
Met de volgende formule berekent u de effectieve flitsafstand.
Maximale flitsafstand L1 = richtgetal ÷ diafragmawaarde
Minimale flitsafstand L2 = Maximale flitsafstand ÷ 5 *
Bij een gevoeligheid van ISO 200 en een diafragmawaarde van F5.6:
L1 = 17 ÷ 5,6 = ca. 3 (m)
L2 = 3 ÷ 5 = ca. 0,6 (m)
De flitser kan dus worden gebruikt op een afstand van ca. 0,6
tot 3 m.
De ingebouwde flitser in deze camera kan echter niet worden
gebruikt wanneer de afstand 0,7 meter of minder is. Gebruik van de
flitser binnen zulke afstand veroorzaakt vignettering in de hoeken
van de opname, een onevenwichtige lichtverdeling en mogelijk
overbelichting.
Berekenen van de diafragmawaarde op basis van
opnameafstand
Met de volgende formule berekent u de correcte diafragmawaarde.
Diafragmawaarde F = richtgetal ÷ opnameafstand
Voorbeeld:
9
Als de gevoeligheid ISO 200 en de opname-afstand 4 m bedraagt:
F = 17 ÷ 4 = ca. 4,2
Wanneer de uitkomst (in bovenstaand voorbeeld 4,2) niet
beschikbaar is als diafragmawaarde, wordt meestal het
dichtstbijzijnde lagere getal (in bovenstaand voorbeeld 4,0)
gebruikt.
* De waarde in de bovenstaande formule is een vaste
waarde die alleen geldt bij gebruik van de ingebouwde
flitser.