Controlelampen in de
middenconsole
Overzicht
O Richtingaanwijzer 3 91
Gordelverklikker 3 92
X
Airbags en gordelspanners
v
3 92
V Airbag deactiveren 3 93
p Laadsysteem 3 93
Z Storingsindicatielamp 3 93
g Laat auto spoedig nakijken
3 93
Instrumenten en bedieningsorganen
R Rem- en koppelingssysteem
3 94
- Pedaal intrappen 3 94
u Antiblokkeersysteem (ABS)
3 94
Schakelen 3 94
R
Stuurbekrachtiging 3 94
c
Lane Departure Warning
)
3 94
r Ultrasoonparkeerhulp 3 95
Elektronische stabiliteitsrege‐
a
ling UIT 3 95
Elektronische stabiliteitsrege‐
b
ling en Traction Control-
systeem 3 95
Traction Control-systeem uit
k
3 95
! Voorverwarmen 3 95
% Roetfilter 3 95
Bandenspanningscontrolesys‐
w
teem 3 96
I Motoroliedruk 3 96
Te laag brandstofpeil 3 96
Y
Startbeveiliging 3 97
d
# Beperkt motorvermogen
3 97
Autostop 3 97
D
8 Buitenverlichting 3 97
C Grootlicht 3 97
f Grootlichtassistentie 3 97
Mistlamp 3 97
>
Mistachterlicht 3 97
r
Cruise control 3 97
m
A Voorligger gedetecteerd
3 97
Snelheidsbegrenzer 3 97
L
Verkeersbordherkenning
L
3 98
Portier open 3 98
h
Richtingaanwijzer
O brandt of knippert groen.
Brandt kort
De parkeerlichten worden ingescha‐
keld.
91