getallen voor verbruik en CO
brandstofverbruik hangt bovendien af
van de persoonlijke rijstijl, de staat
van het wegdek en de verkeersom‐
standigheden.
Trekhaak
. Het
2
Algemene informatie
Alleen trekhaken gebruiken die voor
uw auto zijn goedgekeurd. Het
achteraf monteren van een trekhaak
door een werkplaats laten uitvoeren.
Zo nodig wijzigingen in de auto
aanbrengen, zoals in het koelsys‐
teem, de hitteschilden of andere
uitrusting.
De lamp-uitvaldetectie van het
aanhangerremlicht constateert geen
individueel uitgevallen lampen. Bij
bijv. vier lampen van 5 W wordt er pas
uitval geconstateerd als er nog
slechts één lamp van 5 W brandt of
als alle lampen zijn uitgevallen.
Bij het monteren van een trekhaak
wordt mogelijk de opening voor het
sleepoog afgedekt. Als dat het geval
is de kogelstang gebruiken om te
slepen. Bewaar de trekhaakstang
altijd in de auto wanneer deze niet
wordt gebruikt.
Rijden en bediening
Rijgedrag en aanhangertips
Alvorens een aanhangwagen aan te
koppelen, de kogel van de trekhaak
smeren. Bij gebruik van een trillings‐
demper die slingerbewegingen
dempt en op de koppelingskogel
inwerkt, mag de kogel niet worden
gesmeerd.
Voor aanhangers met een geringe
rijstabiliteit en caravans met een
maximaal totaalgewicht van meer
dan 1000 kg mag de snelheid van
80 km/u niet worden overschreden en
wordt het gebruik van een trillings‐
demper aanbevolen.
Als de aanhanger begint te slingeren,
langzamer gaan rijden, niet tegenstu‐
ren en zo nodig krachtig remmen.
Bergafwaarts dezelfde versnelling
inschakelen als bergopwaarts en
ongeveer dezelfde snelheid aanhou‐
den.
Bandenspanning instellen op de
waarde voor maximale belading
3 260.
189