De boot in een noodsituatie stoppen
Een boot met jetaandrijving kan in noodsituaties worden gestopt op een wijze die uniek is voor deze vorm van
voortstuwing.
Als u de noodstop van de jetaandrijving gebruikt, gaat de boot in een noodsituatie langzamer varen. Plotseling
stoppen kan er echter toe leiden dat de opvarenden naar voren of zelfs uit de boot worden geslingerd. Dit
kan ernstig of dodelijk letsel tot gevolg hebben.
Als de jetbuitenboordmotor in een noodsituatie in achteruit wordt gezet en er gas in achteruit wordt gegeven,
zal de boot snel afremmen en wordt de stopafstand kleiner. Zo'n manoeuvre kan er echter toe leiden dat
opvarenden naar voren of misschien uit de boot worden geslingerd.
De boot besturen
De jetaandrijving is afhankelijk van waterjetstuwkracht voor het sturen van de boot. Mocht de waterjetstuwkracht
stoppen (door blokkering van het water, afslaan van de motor enz.), dan komt de boot tot stilstand. Terwijl de
boot vertraagt, kan de boot echter minder goed worden gestuurd.
Vermijd ernstig of dodelijk letsel. Probeer geen scherpe bocht te maken met de boot. Bij een hoge
vaarsnelheid kan de boot gaan tollen of zelfs omslaan, waardoor de passagiers in de boot kunnen vallen of
uit de boot geslingerd worden.
Vermijd ernstig of dodelijk letsel of materiële schade als gevolg van botsingen veroorzaakt door verlies van
de macht over het stuur. De stuureigenschappen zijn afhankelijk van de waterjetstuwkracht. Wees voorzichtig
bij het manoeuvreren op hogere snelheden op plaatsen waar los materiaal (wier, hout, grind enz.) in de
jetaandrijving kan worden gezogen. Dit kan de waterjetstuwkracht wegnemen of verminderen, wat
rechtstreeks van invloed is op de macht over het stuur. De macht over het stuur kan ook aanzienlijk worden
verminderd of helemaal verdwijnen door een plotseling verlies van vermogen zoals bij het leegraken van de
benzinetank, snel gas terugnemen, het contactslot uitdraaien of de noodstopschakelaar inschakelen.
Onthoud dat uw vermogen om in te grijpen afhankelijk is van voldoende waterjetstuwkracht om de boot te
besturen.
Bij motortoerentallen boven stationair reageert de boot snel op stuurbewegingen, maar vanwege de relatief
vlakke romp en het ontbreken van een onderwaterhuis heeft de boot de neiging om uit de bocht te schuiven.
Bochten moeten vroeg worden in gezet en met voldoende vermogen om de macht over het stuur te behouden.
Aanleggen
Zorg dat de jetaandrijving omhoog is geklapt uit het water als de boot het strand op wordt getrokken of in ondiep
water wordt aangemeerd. Als u dit niet doet, kan het waterinlaathuis zich met zand of ander los materiaal vullen
waardoor de buitenboordmotor niet kan tornen om te starten.
Geblokkeerde waterinlaat
Voorkom letsel als gevolg van het aanraken van de draaiende impeller. Schakel de motor altijd uit alvorens
de waterinlaat te ontstoppen.
BEDIENING
WAARSCHUWING
!
WAARSCHUWING
!
WAARSCHUWING
!
WAARSCHUWING
!
33