Elektrische aansluiting
56
Aansluiting op een geaard stopcontact wordt aanbevolen,
omdat dat eventuele werkzaamheden van de technicus ge-
makkelijker maakt. Het stopcontact moet ook na het inbou-
wen toegankelijk zijn.
Wordt de stekker verwijderd, dan mag het apparaat uitslui-
tend door een erkend elektricien op het elektriciteitsnet wor-
den aangesloten. Deze is op de hoogte van de landelijke
voorschriften en de voorschriften van het plaatselijke energie-
bedrijf. Het apparaat mag alleen worden aangesloten op een
huisinstallatie die volgens alle geldende voorschriften is geïn-
stalleerd.
Is het stopcontact niet toegankelijk of is er sprake van een
vaste aansluiting, dan moet het apparaat via een schakelaar
met alle polen van de netspanning kunnen worden losgekop-
peld. De contactopening in uitgeschakelde toestand moet mi-
nimaal 3 mm bedragen. Geschikt zijn zelf-uitschakelaars, ze-
keringen en relais (EN 60 335).
Als de aansluitkabel beschadigd is, moet deze door een spe-
ciale kabel van het type H 05 VV-F (PVC-isolatie) worden ver-
vangen. Een dergelijke kabel is verkrijgbaar bij Miele.
Voordat u het apparaat aansluit, dient u de aansluitgege-
vens (spanning en frequentie) op het typeplaatje te verge-
lijken met de waarden van het elektriciteitsnet. Deze gege-
vens moeten beslist overeenkomen.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor
directe of indirecte schade als gevolg van ondeskundig
inbouwen of door een verkeerde aansluiting.
De fabrikant kan bovendien niet aansprakelijk worden ge-
steld voor schade die wordt veroorzaakt door een ontbre-
kende of beschadigde aarddraad (bijvoorbeeld een elek-
trische schok).
Na inbouw moet zijn gewaarborgd dat onder spanning
staande delen niet kunnen worden aangeraakt.