Inhoudsopgave
Advertenties
B
EDIENINGS HANDLEIDING
B2
Interfaces
De besteller moet ervoor zorgen dat de volgende interfaces overeenkomen:
flensverbinding aandrijving/armatuur: met afmetingen conform ISO 5211 (aandrijving en/of
armatuur kunnen veel verschillende boringen hebben!), aandrijfas armatuur/boring
binnenvierkant/spie in de aandrijving:
►
qua vorm (= vierkant of met spie): moet overeenkomen,
►
de armaturenfabrikant moet de juiste formaten en toleranties van de
armatuuras hebben vastgelegd.
B3
Afzonderlijk geleverde aandrijving gemonteerd op de armatuur
Aandrijving op het handwiel – geschikt voor het afstellen van de armatuur – in stand <DICHT>
of in <OPEN> zetten (maximaal 15 omwentelingen nodig), op de armatuur plaatsen en op de
interface aandrijving/ /armatuur centreren.
De stand van de aandrijving op de armatuur is willekeurig en kan op locatie worden bepaald.
De schroefverbinding moet zo vast zijn aangetrokken dat het aandrijfkoppel via wrijvingspassing
wordt overgedragen – zie onderstaande tabel. Het flensformaat van de aandrijving is aangeduid
op het typeplaatje.
Trek de schroeven kruisgewijs vast.
Flensformaat ISO
F04
Aanhaalmoment
5-6 Nm
met [Nm]
E
LEKTRIS CHE
F05
F07
8-10 Nm 20-23 Nm
Seite
Z
WENKAANDRIJ VINGEN
F10
F12
44-48 Nm
78-85 Nm
8
E50 – E210
F16
370-390 Nm
Advertenties
Inhoudsopgave
