Inhoudsopgave
Advertenties
B
EDIENINGS HANDLEIDING
C3
Foutopsporing
Bij het verhelpen van storingen kan aan de hand van de volgende tabel worden
gecontroleerd, of de fout in de aandrijving, in de aansturing daarvan of in een storing van
de armatuur moet worden gezocht:
typisch kenmerk fout
Aandrijving start niet op
De motor wordt zeer
heet.
Koppeluitschakeling
wordt geactiveerd
Aandrijvingen pendelen
Stuurcontacten
smoren/verbranden
Condensaatvorming in
de aandrijving
E
LEKTRIS CHE
Mog. oorzaak
Thermische overstroombeveiliging
is geactiveerd
Thermische schakelaar is
geactiveerd
Te lange inschakelduur
Foute schakeling
Verkeerd draaiveld
Mechanische aanslag wordt
bereikt, voordat de
einduitschakeling wordt
geactiveerd
Koppel van de armatuur
controleren
Koppel van de armatuur
controleren
Gekozen instelling is te laag
Aandrijving komt tegen de
mechanische aanslag aan
Blokkade in de leiding
Niet-toegestane parallelschakeling
Relais van de belastingskring is te
zwak gedimensioneerd
Verwarming is niet aangesloten
Pakkingpositie of
kabelschroefverbinding vertoont
gebreken
Seite
Z
WENKAANDRIJ VINGEN
Aanwijzing/maatregelen
Geldt alleen voor
gelijkstroomaandrijvingen
Bij WS- en DS-aandrijvingen;
Reset na het afkoelen automatisch
Cyclustijden controleren
Bestaande schakeling event. met
schakelingsvoorstellen vergelijken
Zorg voor een rechtsdraaiend veld
Schakelnokken verstellen
Vergelijken met gegevens fabrikant
Vergelijken met gegevens fabrikant
Koppeluitschakeling afstellen
Schakelnokken afstellen
Armatuur en leiding controleren
Aandrijfbesturing elektrisch van
elkaar ontkoppelen
Stuurbeveiliging met
schakelcategorie AC3 gebruiken
De verwarming permanent onder
spanning zetten
Controleren en eventueel
nabewerken
15
E50 – E210
Advertenties
Inhoudsopgave
