B
Als Zet de camera uit, verwijder de objectiefdop en zet de camera vervolgens weer
aan wordt weergegeven
Controleer of de objectiefdop is verwijderd en zet de camera uit en vervolgens weer aan.
B
De batterijen verwijderen
Schakel de camera uit en controleer of het camera-aan-lampje en de monitor uitgeschakeld zijn voordat u
het deksel van het batterijvak/de geheugenkaartsleuf opent.
B
Extra voorzorgsmaatregelen met betrekking tot batterijen
• Lees de waarschuwingen en opmerkingen en neem deze in acht (A iii, 126).
• Lees voordat u de batterij gebruikt de waarschuwingen voor de batterij op pagina iii en in het gedeelte
"De batterij" (A 126), en neem ze in acht.
• Gebruik geen oude en nieuwe batterijen of batterijen van verschillende merken of typen door elkaar.
• Batterijen met de volgende defecten kunnen niet worden gebruikt:
Afbladderende batterijen
B
Opmerking over de EN-MH2 oplaadbare NiMH-batterijen
Bij gebruik van EN-MH2-batterijen in de COOLPIX L120, laadt u de batterijen met vier tegelijk op met behulp
van batterijlader MH-73 (A 123, 129).
B
Batterijtype
U verbetert de prestaties van de batterijen door het type batterij dat momenteel in de camera is geplaatst
(A 123) te selecteren in het setup-menu (A 103).
De standaardinstelling is het type batterij dat bij aanschaf is meegeleverd. Als een ander type batterij wordt
gebruikt, schakelt u de camera in en wijzigt u de instelling.
C
Alkalinebatterijen
De prestaties van alkalinebatterijen kunnen sterk variëren afhankelijk van de fabrikant. Kies een betrouwbaar merk.
C
Alternatieve voedingsbronnen
Als u de camera gedurende langere periode continu van stroom wilt voorzien, maakt u gebruik van een
EH-67-lichtnetadapter (afzonderlijk verkrijgbaar) (A 129). Gebruik in geen geval een lichtnetadapter van
een ander merk of model. Als u deze voorzorgsmaatregel niet in acht neemt, kan dit leiden tot
oververhitting of beschadiging van de camera.
C
Stroombesparingsfunctie (Automatisch uit)
Als er gedurende een bepaalde tijd niets wordt gedaan, gaat de monitor automatisch uit, gaat de camera
naar de stand-bystand en knippert het camera-aan-lampje. Als u de camera hierna nog drie minuten lang
niet bedient, schakelt de camera zichzelf uit.
Als het camera-aan-lampje knippert, wordt de monitor opnieuw ingeschakeld als op een van de volgende
knoppen wordt gedrukt.
➝ Hoofdschakelaar, ontspanknop, knop A, knop c of knop b (e filmopname)
In de opname- of weergavestand wordt de camera na ongeveer 30 seconden op stand-by gezet
(standaardinstelling).
• De tijd die mag verstrijken voordat de camera naar de stand-bystand gaat, kan worden gewijzigd met de
optie Automatisch uit (A 116) in het setup-menu (A 103).
Batterijen waarvan de isolatie
het gebied rond de minpool
niet afdekt
De batterijen plaatsen
Batterijen met een
platte minpool
15