5.5.3 Luchtfilterinzetstuk reinigen
Motor niet zonder luchtfilter laten lopen, daardoor
verslijt de motor sneller.
Let op
Geen stof in de vergasser laten komen. Gevaar
van motorschade.
max. 5 bar
GX 270_8.cdr
–
Filterdeksel (1) eraf halen.
–
Filterinzetstuk (2+3) eruit halen en controleren.
–
bij beschadigingen vervangen.
Nooit benzine of reinigingsoplossingen met een
laag vlampunt voor het schoonmaken van het
luchtfilterinzetstuk gebruiken.
Gevaar
Bij het werk niet roken, open vuur en vonken ver-
mijden Brand- en ontploffingsgevaar!
Oogletsel - veiligheidsbril dragen
Bij geringe verontreiniging:
–
Filterinzetstu (2 ) kiets uitkloppen of.
–
met droge perslucht van binnen naar buiten uitblazen.
Bij sterke verontreiniging:
–
Filterinzetstuk (3) in de reinigingsoplossing uitwassen en
grondig laten drogen.
–
Filterinzetstuk (3) met schone motorolie drenken.
–
Overtollige olie eruit drukken.
–
Filterinzetstuk (2+3) er weer inzetten.
–
Filterdeksel (1) erop zetten en bevestigen.
Bij een hoog stofgehalte van de aanzuiglucht het filte-
rinzetstuk eventueel meerdere keren per dag reinigen.
Opmerking
1
2
3
15
5. Onderhoud