GASTESTERS
Gegevensbank info
Laat zien welke databank en versie geïnstalleerd is (indien
aanwezig). Als er een toetsenbord aanwezig is wordt ook dit
in het scherm weergegeven.
Papier Invoeren
Als men een nieuwe papierrol voor de printer wil installeren,
moet dit programmaonderdeel geselecteerd worden.
Neem de papierrolas uit het chassis. Monteer de nieuwe rol
op de as en voer het uiteinde van het papier in de sleuf van
het printermechanisme. Selecteer de PAPIER INVOEREN
functie en activeer deze d.m.v. de "
gedurende 3 seconden het papier doorgevoerd. Herhaal
zonodig de functie meerdere malen. Verschijnt het papier aan
de voorzijde van het printermechanisme en is de doorvoer
correct uitgevoerd, trek dan de papierstrook nog enige
centimeters met de hand door en monteer het afdekplaatje.
I
NSTELLINGEN
Ook bij het selecteren van INSTELLINGEN verschijnt er
opnieuw een menuscherm. Het WERKPLAATSGEGEVENS
en PRINTER menu zijn bedoeld voor installatie doeleinden
en worden door de leverancier ingesteld.
INSTELLINGEN
TIJD INSTELLEN
WERKPLAATSGEGEVENS
BEELDSCHERM POS/NEG
PRINTER
Tijd Instellen
Hier heeft men de mogelijkheid om de tijd te veranderen,
hetzij vooruit, hetzij achteruit. De datum kan men niet
instellen.
De tijdsaanduiding is opgebouwd uit uren : minuten : secon-
den. Selecteer één van deze grootheden met de pijltoetsen
(mits de indicatie LED boven de desbetreffende toets
oplicht). Vervolgens kan men de waarde hiervan verhogen of
verlagen met de functie toetsen "F1" en "F2". Als men de
seconden heeft geselecteerd, kan men deze alleen op nul
stellen met de "F3" toets.
Heeft men de tijdsaanduiding correct gewijzigd, dan kan men
de instelfunctie verlaten met de "
Beeldscherm Positief/Negatief
Met deze functie kan men de aanduiding van het LCD
scherm zogezegd inverteren. Donker wordt licht en licht
wordt donker. Gebruik deze functie als één van de instelling-
en duidelijker is.
S
ERVICEMENU
Dit onderdeel is alleen bedoeld voor technisch gekwalificeerd
personeel van de leverancier die het apparaat onderhouden
en kalibreren.
12
INNOVA 1000
INNOVA 1000
" toets. Nu wordt
" toets.
T
EST
Gebruiksaanwijzing
Gebruiksaanwijzing
Direct na het aanschakelen voert de Innova 1000 automa-
tisch een zelftest uit. Tijdens de zelftest worden de diverse
systeemmodules gecontroleerd op correct functioneren, en
wordt hiervan melding gemaakt op het beeldscherm. Tijdens
de zelftest wordt tevens gecontroleerd of de kalibratiedatum
niet overschreden is. De Innova 1000 moet eens per 12
maanden gekalibreerd worden, door speciaal hiervoor
gekwalificeerd personeel van uw leverancier.
Tijdens de zelftest wordt de kalibratiedatum aan de gebruiker
getoond. Gedurende de laatste 14 dagen van de kalibratie
termijn geeft de Innova 1000 expliciet een melding binnen
hoeveel dagen de Innova 1000 gekalibreerd moet worden.
Wordt de kalibratiedatum overschreden, dan kan de gebrui-
ker niet langer een uitlaatgasmeting uitvoeren. Let er dus op
dat de tester tijdig gekalibreerd wordt.
Andere meldingen die tijdens het verloop van het programma
voor kunnen komen zijn;
Het apparaat bevindt zich in de opwarmfase.
Na het verstrijken van de opwarmfase wordt het programma
automatisch vervolgd.
Het apparaat voert een nulpunts kalibratie uit.
Na het verstrijken van de kalibratie wordt het programma
automatisch vervolgd.
Het apparaat detecteert een te hoge onderdruk in het opna-
mesysteem.
Tijdens deze melding worden de meetwaarden vervangen
door "--.--".
Zodra de juiste druk weer gemeten wordt, verdwijnt deze
melding en worden de waarden weer normaal gepresen-
teerd.
Het apparaat detecteert een extreem hoge onder-druk in het
opnamesysteem.
Tijdens deze melding worden de meetwaarden vervangen
door "--.--".
Deze melding duurt minimaal een minuut en als daarna de
juiste druk weer gemeten wordt, verdwijnt deze melding en
worden de waarden weer normaal gepresenteerd.
Deze verschijnt als tijdens een nulpuntskalibratie blijkt dat de
zuurstofsensorspanning niet correct is.
Deze melding verdwijnt als tijdens een nieuwe nulpuntskali-
bratie blijkt dat de zuurstofsensorspanning weer correct is, of
na het uitvoeren van "Inbouw O sensor" (zie "Systeem
Diagnose").
Indien deze melding gedurende korte tijd meerdere malen
getoond wordt, raden wij u aan een nieuwe sensor in te
bouwen.
Deze zijn of schermvullend, of komen voor in de statusbalk
aan de onderzijde van het scherm tijdens de standaardme-
ting.
E
N
BV
QUIPMENT
EDERLAND
5.3 M
ELDINGEN
2
Version [# 004] Date 26 maart 2008
© Test Equipment Nederland BV