In- en uitschakelen van de spanning
. Inschakelen van de camera
[p] (WEERGAVE)
[ON/OFF] (spanning aan/uit)
Om de spanning in te
schakelen en daarna de
OPNAME modus in te
schakelen
Om de spanning in te
schakelen en daarna de
WEERGAVE modus in te
schakelen
• Let er op dat er niets het objectief (de lens) tegenhoudt of er mee in contact komt
terwijl het objectief (de lens) naar buiten schuift. Als u het objectief (de lens) met
uw hand vasthoudt zodat deze niet naar buiten kan schuiven, kan het objectief (de
lens) defect raken.
• De sluimerfunctie of de automatische stroomonderbreker (pagina's 89, 89)
schakelt de spanning uit als u geen bediening uitvoert voor een bepaalde
vooringestelde tijd.
Inschakelen van de OPNAME modus en de WEERGAVE modus
Inschakelen van
de WEERGAVE
modus
Inschakelen van
de OPNAME
modus
• Ongeveer 10 seconden na inschakelen van de WEERGAVE modus vanuit de
OPNAME modus, trekt de lens (het objectief) zich terug in de camera.
. Uitschakelen van de camera
Druk op [ON/OFF] (spanning aan/uit).
Achterindicator
Druk op [ON/OFF] (spanning aan/uit).
• De achterindicator gaat even branden en de lens komt uit
de camera (pagina 27).
Druk op [p] (WEERGAVE).
• De achterindicator licht even groen op en een beeld dat op
dat moment opgeslagen is in het geheugen van de
camera, verschijnt op het beeldscherm (pagina 29).
Druk tijdens de OPNAME modus op [p] (WEERGAVE) of
raak de indextab aan en raak daarna de "f" (WEERGAVE)
icoon aan die verschijnt.
Druk tijdens de WEERGAVE modus op [p] (WEERGAVE) of
raak de indextab aan en raak daarna de "
icoon aan die verschijnt.
Indextabs
"f" (WEERGAVE) / "g" (OPNAME)
24
" (OPNAME)
g
Snelstartgids