Oven in- en uitschakelen
Met de toets
‡
schakelt u de oven in en uit.
Inschakelen
De toets
‡
indrukken.
Het Siemenslogo verschijnt. Kies de gewenste functie uit.
Toets
"
= verwarmingsmethoden
■
Toets
X
= automatische programma's
■
Toets
= opgeslagen memoryinstelling
l
■
Toets
= zelfreiniging
V
■
Wanneer u na een paar seconden geen functie heeft
uitgekozen, wordt de verwarmingsmethode 3Dhetelucht,
160 °C voorgesteld.
Oven instellen
In dit hoofdstuk kunt u nalezen
welke verwarmingsmethoden er voor uw oven ter
■
beschikking staan
hoe u een verwarmingsmethode en temperatuur instelt
■
hoe u een gerecht uit het insteladvies kiest
■
en hoe u het snel voorverwarmen instelt.
■
Verwarmingsmethoden
Voor uw oven staat een groot aantal verwarmingsmethoden ter
beschikking. Zo kunt u voor elk gerecht de optimale
bereidingswijze kiezen.
Verwarmingsmethode en
temperatuurbereik
3D-hetelucht
:
30-275 °C
Boven- en
%
onderwarmte
30-300 °C
Hydrobakken*
'
30-300 °C
Pizzastand
;
30-275 °C
* Verwarmingsmethode waarbij de energie-efficiëntieklasse
overeenkomt met EN50304.
Toepassing
Voor taart en gebak op één tot
drie niveaus. De ventilator verdeelt
de warmte van het ronde
verwarmingselement aan de
achterkant gelijkmatig in de oven.
Voor taart en gebak, ovenschotels
en magere braadstukken,
bijv. rund of wild, op één niveau.
De warmte komt gelijkmatig van
boven en van beneden.
Voor gistgebak, bijv. brood,
broodjes of gistbrood en voor
branddeeggebak, bijv. soesjes of
biscuit. De warmte komt
gelijkmatig van boven en van
beneden. Het vocht dat afkomstig
is van de levensmiddelen blijft als
waterdamp in de binnenruimte.
Voor de snelle bereiding van
diepvriesproducten zonder
voorverwarmen, bijv. pizza's,
patates frites of strudel. De warmte
komt van onderen en van de
ronde verwarmingselementen aan
de achterkant.
9HUZDUPLQJVPHWKRGHQ
'KHWHOXFKW
U kunt altijd een andere functie kiezen.
Hoe u instelt, kunt u in de afzonderlijke hoofdstukken nalezen.
Uitschakelen
De toets
indrukken. De oven gaat uit, de tijd verschijnt op het
‡
display.
Verwarmingsmethode en
temperatuurbereik
Intensieve warmte
&
30-300 °C
Onderwarmte
$
30-300 °C
Circulatiegrillen
7
30-300 °C
Grill, groot
(
Grillstanden:
1 (zwak),
2 (gemiddeld),
3 (sterk)
Grill, klein
*
Grillstanden:
1 (zwak),
2 (gemiddeld),
3 (sterk)
Langzaam garen
.
70-90 °C
Ontdooien
?
30-60 °C
Voorverwarmen
Q
30-70 °C
Warmhouden
R
60-100 °C
Insteladvies
j
* Verwarmingsmethode waarbij de energie-efficiëntieklasse
overeenkomt met EN50304.
â&
Toepassing
Voor gerechten met knapperige
bodem. De warmte komt van
boven en bijzonder sterk van
beneden.
Voor het inkoken en nabakken of
roosteren. De warmte komt van
onderen.
Voor het braden van vlees,
gevogelte en hele vis. Het
grillelement en de ventilator
worden afwisselend in- en
uitgeschakeld. De ventilator
wervelt de hete lucht rond het
gerecht.
Voor het grillen van steaks,
sneetjes brood en stukjes vis. Het
gehele vlak onder het grillelement
wordt heet.
Voor het grillen van kleine
hoeveelheden steaks, worstjes,
sneetjes brood en stukjes vis. Het
middelste deel van het grillelement
wordt heet.
Voor het gezond klaarmaken van
malse stukken vlees. De warmte
komt bij een vrij lage temperatuur
gelijkmatig van boven en van
onderen.
Voor het ontdooien van bijv. vlees,
gevogelte, brood en gebak. De
ventilator wervelt de warme lucht
rond het gerecht.
Voor het voorverwarmen van
servies. bijv. van porselein of glas.
Voor het warmhouden van bereide
gerechten.
Insteladvies voor vele gerechten.
9