15.1.3
Hydraulische slangen vastkoppelen
Gevaar voor letsel door onverwachte bewegingen van het voorzetwerktuig
Wanneer de hydraulische slangen bij het aansluiten worden verwisseld, leidt dat tot verkeerde
functies op het voorzetwerktuig.
De hydraulische aansluitingen identificeren (slangmarkeringen).
Controleren of de slangverbindingen goed zitten.
BX001-528
Sluit de hydraulische slangen (1) aan op de overeenkomstige steekkoppelingen van het
grasvoorzetwerktuig. De hydraulische slang I aan de steekkoppeling I aansluiten enz.
De stekker X 139.2 (2) in de houder (3) op het grasvoorzetwerktuig fixeren.
15.1.4
Steunvoeten rechts/links in transportstand brengen
3
BX001-529
Draai aan beide zijden de steekbouten (3) van de steunvoeten (4) 180° omhoog en trek
deze naar buiten.
De steunvoeten (4) omhoog schuiven en met steekbouten (3) in de boring (5) borgen. De
steekbouten (3) door een 180° draaiing naar onderen vergrendelen.
De steunwielen inklappen.
BiG X 630
Originele handleiding 150001258_01_nl
Inbedrijfstelling – EasyFlow monteren en demonteren
1
3
5
4
WAARSCHUWING
2
4
EasyFlow monteren
3
15
15.1
313