Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Bijlage Asatellietsystemen - Bosch LTC 8100 Series Instructiehandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

LTC 8100-serie | Instructiehandleiding | Bijlage A - Satellietsystemen
BIJLAGE A -
SATELLIETSYSTEMEN
Een satellietsysteemconfiguratie wordt gewoonlijk
gebruikt voor een groot, gedistribueerd systeem, of
voor buitengewoon grote matrices met een
conventionele configuratie. Eén centrale
besturingslocatie wordt gewoonlijk gebruikt om zowel
locale camera's als camera's op verschillende externe
satellietlocaties te bekijken/besturen. Aangezien op één
centrale besturingslocatie vele satellieten kunnen
worden aangesloten, kunnen zeer grote,
gedistribueerde systemen worden opgezet. Als de
satellietsystemen zich op dezelfde locatie bevinden als
het centrale systeem, ontstaat een groot conventioneel
systeem. Bij een satellietconfiguratie kunnen vanaf de
centrale besturingslocatie alle camera's in het hele
systeem worden bekeken/bestuurd, maar vanaf de
externe satellietlocatie kunnen alleen camera's van
deze locatie worden bekeken/bestuurd. Satellieten
kunnen worden geconfigureerd voor een
onafhankelijke werking of zonder de mogelijkheid
voor lokaal bekijken/besturen.
De centrale locatie moet bestaan uit een Allegiant-
switcher (LTC 8100, LTC 8200, LTC 8300, LTC 8500,
LTC 8600 of LTC 8800). Switchers op de
satellietlocatie kunnen van elk Allegiant-model zijn.
Op elke satellietlocatie is een LTC 8780-dataconverter
vereist voor het decoderen van adressen en gegevens
van het schakelsysteem. Als de satellietlocatie camera's
met functies voor pannen/zwenken/zoomen bevat, is
op de satellietlocatie ook een LTC 8569-unit voor het
samenvoegen van codes vereist. Alle producten zijn
standaardmodellen, en de enige vereiste optie is dat u
de LTC 8059/00 Master Control Software voor
Windows of het LTC 8850/00 GUI-softwarepakket
gebruikt voor de initiële programmering van elk
Allegiant-systeem.
Elke satellietlocatie moet een Allegiant-besturings-
verbinding hebben van de codedistributie-unit op de
centrale locatie. Via deze gegevensverbinding worden
alle besturingsopdrachten voor pannen/zwenken/
zoomen doorgegeven, naast de schakelopdrachten die
door de centrale switcher worden gegenereerd. De
besturingsverbinding moet worden aangesloten op een
LTC 8780-dataconverter om adressen voor de
satellietlocatie te kunnen decoderen. Als gebruikers op
de satellietlocatie camera's met functies voor pannen/
zwenken/zoomen kunnen besturen, moet op de
satellietlocatie een LTC 8569-unit voor het
samenvoegen van codes zijn geïnstalleerd. De unit
voor het samenvoegen van codes combineert de codes
van de centrale locatie en de satellietlocatie, zodat op
Bosch Security Systems | December 29, 2004
beide locaties de camera's met functies voor pannen/
zwenken/zoomen op de satellietlocatie kunnen worden
bestuurd. De LTC 8780-unit kan worden aangesloten
op een van de gegevensuitgangen van de LTC 8569-
unit.
Een of meer monitoruitgangen van elk satellietlocatie-
systeem worden gebruikt als trunkverbindingen om de
externe locaties te verbinden met de centrale locatie.
Het aantal trunkverbindingen dat van een satelliet
afkomstig is, bepaalt het maximumaantal camera's van
deze locatie dat gelijktijdig op de centrale locatie kan
worden bekeken. Een satellietswitcher kan niet meer
trunkverbindingen hebben dan er monitoruitgangen
zijn.
Op externe satellietswitcherlocaties moeten voldoende
monitoruitgangen worden gebruikt als trunk-
verbindingen. De switcher op de centrale locatie moet
voldoende camera-ingangen hebben voor locale
camera's plus trunkverbindingen. Het maximale aantal
fysieke camera-ingangen of monitoruitgangen die als
trunkverbindingen worden gebruikt, kan niet groter
zijn dan de capaciteit van het systeem.
Eén switcher op een centrale locatie kan niet meer
satellietlocaties besturen dan er video-ingangen zijn.
Als op de centrale locatie volledige matrixswitching is
vereist, moet het aantal trunkverbindingen van elke
satellietlocatie gelijk zijn aan het aantal monitoren dat
is aangesloten op de switcher van de centrale locatie.
U kunt meerdere onafhankelijk bestuurde centrale
locatiesystemen combineren tot grote aantallen
monitoruitgangen op de centrale locatie. Hieronder
vindt u de systeemcapaciteiten:
Max.
Systeem-
camera-
type
ingangen
LTC 8100-serie
8
LTC 8200-serie
16
LTC 8300-serie
32
LTC 8500-serie
64
LTC 8600-serie
128
LTC 8800-serie
256
LTC 8900
4096
NL | 54
Max.
Max.
monitor-
aantal
uitgangen satellietlocaties
2
8
5
16
6
32
8
64
16
128
64
256
512
256

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Ltc 8200 seriesLtc 8300 series

Inhoudsopgave