LTC 8100-serie | Instructiehandleiding | Bedieningspaneelbesturing
cameranummer, is het belangrijk om het alarmnummer
op te geven als u deze opdracht gebruikt.
Het monitorstatusdisplay (mits ingeschakeld) geeft
(camera/alarm geactiveerd) weer als een geactiveerde
camera wordt geselecteerd.
12.5.2 Alle alarmfuncties activeren/deactiveren
Druk op Alarm Control (Alarmbesturing) op het
Allegiant-hoofdmenuscherm om naar het menuscherm
met deze opties te gaan.
Als u IntuiKey-bedieningspanelen gebruikt:
• Als u alle alarmfuncties wilt activeren op de
monitor die momenteel wordt bestuurd, drukt u op
Arm All Alarms (Alle alarmfuncties activeren).
• Als u alle alarmfuncties wilt deactiveren, drukt u op
Disarm All Alarms (Alle alarmfuncties deactiveren).
Als u LTC 8555-bedieningspanelen gebruikt:
• Als u alle alarmfuncties wilt activeren, drukt u op
User (Gebruiker), Alarm en vervolgens op ON (Aan).
• Als u alle alarmfuncties wilt deactiveren, drukt u op
OFF (Uit).
12.5.3
Monitoralarmfunctie activeren/deactiveren
Als u IntuiKey-bedieningspanelen gebruikt:
• Druk op Alarm Control (Alarmbesturing) op het
Allegiant-hoofdmenuscherm om naar het scherm
met deze opties te gaan.
• Als u de alarmfunctie van de momenteel bestuurde
camera wilt activeren, drukt u op Arm Monitor
(Monitoralarmfunctie activeren).
• Als u de monitoralarmfunctie wilt deactiveren,
drukt u op Disarm Monitor (Monitoralarmfunctie
deactiveren).
Als u LTC 8555-bedieningspanelen gebruikt:
• Als u de monitoralarmfunctie wilt activeren, drukt u
op User (Gebruiker), Monitor en vervolgens op
ON (Aan) om alle alarmfuncties te activeren.
• Als u alle alarmfuncties wilt deactiveren, drukt u op
OFF (Uit).
OPMERKING: op een monitor verschijnen alleen
alarmbeelden als de alarmfunctie van de monitor is
geactiveerd en als de alarmfunctie is geactiveerd voor
deze monitor. Op het monitorstatusdisplay (mits
ingeschakeld) wordt
M A
monitoralarmfunctie geactiveerd).
12.5.4 Bevestiging van alarmen
Bell [Ack] (Bel [Bevestigen]) geeft systeemgebruikers de
mogelijkheid om te reageren op alarmen van het
bedieningspaneel. Als u op Bell [Ack] (Bel [Bevestigen])
drukt terwijl de monitor een alarmtoon geeft (wegens een
alarmconditie), wordt de alarmtoon altijd onderdrukt.
Afhankelijk van de programmering van de
Bosch Security Systems | December 29, 2004
weergegeven (monitor armed -
alarmconfiguratie wordt door het achtereenvolgens
indrukken van Bell [Ack] (Bel [Bevestigen]) het alarmbeeld
van de monitoren verwijderd, of het heeft geen effect.
C A
12.6
Sequentie besturen
12.6.1 Een sequentie laden/wissen
Als u een eerder geprogrammeerde sequentie op de
monitor wilt starten, drukt u op Load Sequence [Seq]
(Sequentie laden [Seq], geeft u het gewenste
sequentienummer op (1 t/m 60) en drukt u vervolgens op
ENTER. Als u een sequentie laadt, wordt deze niet
automatisch gestart.
Aangezien sequenties kunnen worden geprogrammeerd
voor het gebruik van meer dan een monitor, moeten alle
vereiste monitoren beschikbaar zijn. Als een sequentie
zich al op een monitor bevindt, kan de gebruiker die de
sequentie het eerst heeft geladen (of een gebruiker met
een hogere prioriteit) een nieuwe sequentie op de
monitor(en) laden. Anderen krijgen een foutmelding.
Als u een monitorsequentie wilt wissen, drukt u op Load
sequence [Seq] (Sequentie laden [Seq] en vervolgens op
ENTER. Alleen de gebruiker die de sequentie het eerst
heeft geladen (of een gebruiker met een hogere prioriteit)
kan een monitorsequentie wissen. Anderen krijgen een
foutmelding.
Als deze functie is ingeschakeld, wordt op het
statusweergavegebied van de monitor de sequentie
aangegeven op de juiste locatie. Als er momenteel geen
sequentie is geladen, wordt 00 weergegeven.
12.6.2 Een sequentie starten
Als u een sequentie wilt starten die momenteel op een
monitor is geladen, drukt u op Start Sequence [Run]
(Sequentie starten [Starten]. Als de sequentie was
stopgezet, wordt door de opdracht de sequentie weer
gestart. De richting van de sequentie wordt aangegeven
op het monitorstatusdisplay (mits ingeschakeld) door een
richtingspijl en de letter R rechts van het
sequentienummer. Als u op Start Sequence [Run]
(Sequentie starten [Starten]) drukt terwijl er al een
sequentie is gestart, gaat de switcher direct naar de
volgende stap in de sequentie. Als u Start Sequence
[Run] (Sequentie starten [Starten]) ingedrukt houdt, krijgt
u een snelscan-effect. Als u Start Sequence [Run]
(Sequentie starten [Starten]) indrukt terwijl er geen
sequentie is geladen, leidt dit tot een fout. Als de monitor
in alarmconditie verkeert, wordt door Start Sequence
[Run] (Sequentie starten [Starten]) geen geladen sequentie
bestuurd, maar het schakelen tussen alarmbeelden.
12.6.3 Een lopende sequentie stopzetten
Als u een lopende sequentie wilt stopzetten, drukt u op
Hold Sequence [Hold] (Sequentie stopzetten [Stopzetten]).
NL | 35