De printer voorbereiden en standaardinstellingen configureren
1. Voer in een browser het IP-adres van de printer in om Web Config te openen.
Stel het IP-adres van het netwerk (standaard/extra) dat u wilt configureren in op een computer die met
hetzelfde netwerk is verbonden als de printer.
U vindt het IP-adres van de printer in het volgende menu.
Instel. > Algemene instellingen > Netwerkinstellingen > (Standaard of Extra) > Netwerkstatus > Status
vast netwerk/Wi-Fi
2. Voer het beheerderswachtwoord in om in te loggen als beheerder.
3. Selecteer opties in de volgende volgorde.
Tabblad Netwerk > LDAP-server > Basis
4. Voer voor elk item een waarde in.
5. Selecteer OK.
De instellingen die u hebt geselecteerd, worden weergegeven.
Gerelateerde informatie
"Standaardwaarde van het beheerderswachtwoord" op pagina 21
&
Items voor LDAP-serverinstellingen
Items
LDAP-server gebruiken
LDAP-serveradres
Poortnummer LDAP-server
Veilige verbinding
Certificaatvalidatie
Time-out zoeken (sec)
Instellingen en toelichting
Selecteer Gebruiken of Niet gebruiken.
Voer het adres van de LDAP-server in. Voer tussen 1 en 255 tekens in IPv4-, IPv6-
of FQDN-indeling in. Voor de FQDN-indeling kunt u alfanumerieke tekens
gebruiken in ASCII (0x20–0x7E) en "- ", behalve aan het begin en het eind van het
adres.
Voer het LDAP-serverpoortnummer, tussen 1 en 65535, in.
Geef hier de verificatiemethode op die de printer moet gebruiken voor toegang
tot de LDAP-server.
Wanneer deze optie is ingeschakeld, wordt het certificaat van de LDAP-sever
gevalideerd. Wij raden aan dit in te stellen op Inschakelen.
Voor de configuratie moet het CA-certificaat naar de printer worden
geïmporteerd.
Stel de tijdsduur voor zoeken tussen 5 en 300 in voordat een time-out optreedt.
116
>
De printer voorbereiden en