o Niet het bedieningspaneel nat maken. Schoon maken met een zacht, vochtig doekje.
Tijdens het reinigen van het bedieningspaneel de deur open laten, om ervoor te
zorgen dat het apparaat niet per ongeluk aangaat.
o Als er zich condensatie op de binnen- en buitenkant van de deur verzamelt, dient dit
te worden verwijderd met een zacht doekje. Condensatie verzamelt zich als gevolg
van het gebruik van de magnetron bij grote luchtvochtigheid. Dit is een normaal
verschijnsel.
o Geurtjes kunnen uit het apparaat verwijderd worden door het plaatsen in een schaal
die gebruikt kan worden in de magnetron van een glas water met sap of de schil van
een citroen en ongeveer 5 min. verwarmen. Hierna dient het apparaat zorgvuldig te
worden afgenomen met een droog, zacht doekje.
o Alleen zachte doekjes gebruiken, en absoluut geen scherpe reinigingsmiddelen die
het apparaat kunnen bekrassen.
o Na het reinigen van het apparaat dient met een zacht, droog doekje de oppervlakken
van het apparaat te worden gedroogd en opgepoetst.
Bewaring van het apparaat
o Wanneer u het apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt, maak het dan schoon
volgens bovenstaande aanwijzingen en sla het op op een droge, schone plaats die
beschermd is tegen vorst, zonnestralen en buiten bereik van kinderen. Plaats geen
zware voorwerpen op het apparaat.
7. Mogelijke storingen
Als de magnetron niet werkt:
1. Controleer of het apparaat juist is aangesloten op het lichtnet. Haal de stekker uit
het stopcontact en wacht ca. 10 seconden voordat u hem opnieuw op correcte
wijze in het stopcontact steekt.
2. Controleer of er stoppen uit zijn gesprongen en of de hoofdschakelaar is
uitgeschakeld. Als deze op de juiste manier werken, controleer dan de
aansluiting met een ander apparaat.
3. Controleer of de deur goed is gesloten (veiligheidsslot). Anders worden uit
veiligheidsoverwegingen geen microgolven in de ovenruimte gegenereerd.
Indien de functiestoornissen niet verwijderd kunnen worden:
-
Behuizing niet openen,
Klantendienst informeren of contact opnemen met verkoper
-
waarbij het volgende dient te worden opgegeven:
de aard van de werkingsstoornis;
het artikel- en serienummer (af te lezen op het typeplaatje aan
de achterzijde van het apparaat);
aankoopdatum.
- 139 -