Bij het afdrukken van tekst zal de omgevingsvariabele TXT2PS2OPTION genegeerd worden.
Als er bij het afdrukken van tekst een BS code wordt gevonden aan het begin van een regel, zal de afdrukpositie van
het volgende letterteken naar links opschuiven aan het begin van de regel.
Wanneer er bij het afdrukken van tekst meerdere tab-codes in een regel zijn opgenomen, kan de tabpositie wel eens
verschuiven als gevolg van een automatische regeldoorvoer. Als dit zich voordoet, specificeert u de l of w optie.
Bij het afdrukken van tekst hoeft het aantal kolommen dat is gekozen met de w optie geen verband te houden met het
aantal feitelijk afgedrukte lettertekens. Het feitelijk aantal tekens van één byte dat afgedrukt moet worden is af te
leiden door de positie van de uitvoerkolom (de uitkolomwaarde) gespecificeerd met de o optie af te trekken van het
aantal kolommen dat is bepaald met de w optie.
Als dezelfde optie is gespecificeerd, of als s, S beide zijn gekozen, zal de laatst gekozen optie blijven gelden.
Als bij het afdrukken van beelden de afdrukpositie-optie (l) een punt aangeeft buiten het afdrukgebied van de printer,
zullen de gegevens buiten het afdrukgebied niet worden afgedrukt. (Bij gebruik van Solaris is het niet mogelijk beelden
af te drukken met het lp commando.)
txt2ps2 (Solaris/HP-UX) gebruiken
Wanneer de zelfde optie tweemaal wordt gespecificeerd, zal de latere keuze gelden. Aangezien TXT2PS2OPTION wordt
geanalyseerd vóór de opties van de commandoregel, verkrijgt u hiermee de mogelijkheid om tijdelijk de opties die al
waren ingesteld in TXT2PS2OPTION aan te passen door iets anders in te tikken op de commandoregel.
De standaard uitvoer van txt2ps2 kan niet de commentaar-aanduiding (%%page:m n) van het paginanummer
afdrukken. Dit komt omdat het geconverteerde PostScript printertaal-programma de regeldoorvoer en paginadoorvoer
regelt. Dus wanneer de uitvoer van txt2ps2 moet worden toegepast als de uitvoer van een andere applicatie (psrev van
TRANSCRIPT, enz.), zult u de aanduiding van het paginanummer alleen kunnen toevoegen door invoegen van het
regelcommando (-Iregels).
Als er een BS code wordt gevonden aan het begin van een regel, zal de afdrukpositie van het volgende letterteken naar
links opschuiven aan het begin van de regel.
Wanneer er meerdere tab-codes in een regel zijn opgenomen, kan de tabpositie wel eens verschuiven als gevolg van
een automatische regeldoorvoer. Als dit zich voordoet, specificeert u de -l of -w optie.
Het aantal kolommen dat wordt bepaald door de -w optie hoeft niet overeen te komen met het daadwerkelijk aantal
afgedrukte tekens. Het feitelijk aantal tekens van één byte dat afgedrukt moet worden is af te leiden door de positie
van de uitvoerkolom (de uitkolomwaarde) gespecificeerd met de o optie af te trekken van het aantal kolommen
dat is bepaald met de w optie.
De -mg optie kan niet worden gekozen wanneer de -w, -l, -o, en -L opties al zijn gespecificeerd.
De uitgangsposities voor de marges in het kantlijncommando (-mg=u:b:r:l) vallen niet samen met de randen van het
vel papier. De kantlijnen worden gemeten vanaf de rand van het afdrukgebied voor het vel papier, zoals toegestaan
door de printer.
Gebruik de -ps optie alleen wanneer een PostScript bestand dat geen %! aan het begin van het bestand heeft, wordt
gebruikt als PostScript bestand. Wanneer er een normaal tekstbestand wordt ingevoerd, zal het daarmee niet goed
werken.
Om dezelfde opties te gebruiken als die van het dellpsif filter, met TXT2PS2OPTION, stelt u de hoofd-directory van de
gebruiker in de omgevingsvariabele in op HOME. Als de omgevingsvariabele HOME niet wordt ingesteld, zijn dezelfde
opties als die van het dellpsif filter niet te gebruiken. (Linux)
Gebruik van sunras2ps2/tiff2ps2/xwd2ps2 (sunras2ps2 geldt alleen voor Solaris)
Als dezelfde optie is gespecificeerd, of als s, S beide zijn gekozen, zal de laatst gekozen optie blijven gelden.
Als de formaat-optie (s, S) niet is gekozen, zorgt de schaalaanpassing dat elk beeldpunt van de rastergegevens
overeenkomt met één rasterpunt voor de printer.